Ze zeggen weleens, dat je aan je vrienden kan zien,wie je eigenlijk ook bent of had kunnen zijn. Ze leven delen van jouw eigen verlangen en met a simple twist of fate, had het er bij jou ook zo uitgezien. Hier denk ik nu aan, omdat vriendin P. haar dertig jarig huwelijksfeest vierde. Dertig jaar!
- Ik ken haar nog uit de tijd van het eerste bericht dat ze wel een leuke jongen had ontmoet. We waren allebei twee bleue meisjes, vers van de middelbare school en we woonden nog bij onze ouders thuis. Eerste jaars Pedagogische en Andragogische Wetenschappen en die andragogie-kant overheerste, en dus liepen er heel veel oudere, doorgewinterde mensen rond, die al Sociale Academie hadden gedaan, wereldwijs waren en de wereld graag wilden veranderen. Wij wilden orthopedagogie doen, iets met kinderen... Nog een wondertje dat we met elkaar in contact kwamen, tussen al dat studentengedruis.
- Ik herinner me het nog wel: we stonden beide aan de kant in de pauze van een hoorcollege in het grote collegezalen-complex. Haar verlegenheid met tegelijk heldere, doortastende ogen, viel me op, het had iets vertrouwds voor me, misschien omdat ik zelf ook zo was; verlegen. De eerste keer bij haar thuis hing er boven haar bed een poster van Monet, van vrouwen in een papaverveld, en ik had zelf ook net het impressionisme en Monet ontdekt.
- Op één van mijn verjaardagen kreeg ik twee dames op ieder een kaart van Claude Monet, ieder met een parasol in een weide, met een spreuk over vriendschap en als je ze naast elkaar plakte, met de spreuk ertussenin dan waren de dames naar elkaar toegekeerd. We hadden beide tekenles gehad bij dezelfde docent en we kregen beide in de zelfde tijd ons eerste echte vriendje. En hij is haar huidige man geworden en de mijne ben ik uit het zicht verloren, hij woont nu, geloof ik, in Boston.