vrijdag 12 juli 2024

Lenzen; natuur en kunstmatig


‘Ik zie jouw lenzen, ze weerspiegelen!’, zei vriendin P. Wat gek, een ander ziet dus niet mij, maar mijn lenzen. De uitdrukking dat je ogen de spiegels van je ziel zijn, telt niet meer. Nu snap ik eindelijk wat ik zelf ook al had gezien, als ik eens een blik in de spiegel wierp, of op de enkele selfies die ik in Venetië maakte. Ik zag mezelf, maar ook ergens iets vreemds, maar kon het niet benoemen.
Ik heb het nu nabij gehaald en zie nu inderdaad  twee grote lenzen. Het begin van de robotica. Alles wat je verder vervangt, lichaamsdelen, interne organen, eigenlijk kan niks verder zo’n impact hebben als je eigen ogen… Raar.
Terwijl het plezier ervan wel gigantisch is. Zonder bril kunnen lezen en ook in het duister lees ik nu de menukaart voor omdat zij die jonger zijn dan ik, het niet goed meer kunnen zien. ‘Moet je ouder worden en lenzen krijgen!’, zei ik. Maar het is dus het kunstmatige deel dat ziet en mensen die mij in de ogen kijken, zien dus kunststof.


Ondertussen nam ik, nu voor een dikke week, afscheid van de wijdse lucht in het bos, de stilte, en een paar keer een sprankelende sterrenhemel. In mijn stadstuintje bleek de mini-vlinderstruik die ik ooit gekocht had, uit haar voegen te zijn gebarsten. Gekweekt om klein te blijven, maar de natuur laat zich niet temmen.
Ik ga mij weer een weekje begeven in de Vierdaagsefeesten, de jaarlijkse metamorfose van mijn stad.
Natuur en cultuur, dat wat  écht is en kunstmatig… Uiteindelijk vloeit het allemaal in één.