woensdag 15 februari 2017

Uitzichten

Ik ben toch wel een gevoelig typje. Gisteren bij de notaris de handtekening gezet, dat je de erfenis aanneemt. Dat duurt enkele minuten, een ieder kan dat op eigen gelegenheid doen, de papieren heb je al thuis gestuurd gekregen, je zit met je jas aan te wachten tot er een kopie van je paspoort is gemaakt, je krijgt geen kopje koffie ofzo aangeboden, dan schijnt de geldteller al te gaan tikken.De Hollywood-scene, de hele familie bijeengegaard en dat dan een testament plechtig word geopend, bestaat niet.

Wat kaal, denk ik dan toch. Het is een soort handeling die je echt maar één keer in je leven doet: de aardse goederen van je ouders, die overgedragen worden naar de volgende generatie, overnemen.  Op de een of andere wijze zag ik voortdurend die zwart-wit foto voor mij: Ik, een baby in mijn eerste maand, ze woonden op twee kamers in Utrecht, moeder wast in de wasbak iets uit, Vader zit achter een typemachine. Zoals ze toen waren, zo voelen ze als heel dicht bij me. Dat was de hele werkelijkheid toen:  Zij, ik en in de boekenkast een houten kruis met een tekst, hun eerste ding dat ze samen kochten, en dat hangt nu bij mij, naast mijn boekenkast. Herr segnet dieses Haus und allen die gehen hin und aus.

De notaris was in Beek, waarom kozen ze deze en niet eentje in mijn en hun  stad? Ik kan ze het nooit meer vragen. Ik wandelde de bossen in, naar het Kastanjedal, op en af, met uitglijders door de sneeuw die op sommige plekken glad was geworden. Boven het nog besneeuwde  dal ging ik tegen een boomstam in de zon zitten en luisterde naar wat muziek. Goh, dat kon gewoon, je koesteren in de zon, het was zowat 15 graden! Het liedje uit de afscheidsviering van Moeder: The road home van Paulus.

Verder maar weer met de wandeling, naar Nijmegen. Ik kwam langs de Sterrenschans, het laatste thuis van Moeder. Een boom voor had al tere roze lentebloesempjes, zoals ze zelf al mijmerde over de boom voor haar raam, van geel herfstblad, naar kaal, zal weer bloesem krijgen. 'Zo is het leven',  had zij daarover gereflecteerd.  Zo is niet de dood...

Uiteindelijk kwam ik ook langs hun oude huis op de Waalkade. Ik ging naar binnen en zag dat het er spic en span uitzag, opnieuw ingericht voor de verkoop. Hun slaapkamer die indertijd speciaal door een binnenhuisarchitect was ingericht, met rondingen in het plafond, een verzonken bed en blauwe boekenkastjes rondom, Moeder maakte me indertijd deelgenoot van haar plezier daaromtrent en ik heb nog mee de kleuren uitgezocht, was nu zo ingericht dat kopers zich makkelijk konden voorstellen, om er een grote badkamer van te maken. Hun propvolle gezamenlijke studeerkamer, tot de nok gevuld geweest met boeken en boekenkasten waar je in rijen je langs moest manoeuvreren, was nu de master bedroom.

Ik ging even op het bed liggen en keek naar de uitzichten door alle ramen rondom. Nooit zo gezien. Zo is de werkelijkheid nu: er zullen veel uitzichten komen, die ik nog nooit zó heb gezien.