Wat heb ik genoten van die heerlijke, warme dagen. Het zal wel in mijn genen zitten: ik vind het niet snel te warm, iets in mijn lichaam ontspant zich dan juist. Natuurlijk heeft het ook wat mijn tijdsbesteding te maken. Wanneer ik kan, fiets ik langzaam en geniet van het landelijke landschap, door de weilanden, over de dijk en het water. Er waren prachtige gekleurde zonsondergangen, het water in de Bizonbaai was zacht, koel en mild.
Gisteren toen het weer omsloeg vond ik de storm die het zand deed opstuiven en takken aan de wilgen deed kraken bij de rivier die grijs en schuimkoppen kreeg, ook spectaculair. Het ene moment drukt de hitte als een warme deken om je heen, dan koelt het af en een uur later plenst de regen in zilveren stralen langs het bushokje waarin ik schuilde. Bij Kranenburg, vlak over de grens warmde het weer op en zat ik met de boekenclub buiten te eten en uit te wisselen.
'Vrouwen die je hebben geïnspireerd', was nog een keer het thema. May Sarton: voor de ene onbekend, voor anderen riep het herinneringen op aan haar bezoek dat nogal wat voeten in de aarde had, lang geleden in de vrouwenboekhandel. Ook bij mij: al ken ik de verhalen uit de tweedehand, omdat vriendin W. er toen werkte. Het leek een vriendelijke oma, met grijze krulletjes, maar inderdaad ja, zij schreef in eenvoudige taal , heel mooi over eenzaamheid en haar dagelijkse leven.
Dat dagelijkse leven als uitgangspunt voor het scheppen van een poëtische werkelijkheid: dat kan W. Symborska ook heel goed. Wat?! Is het alweer zó lang dat zij de Nobelprijs kreeg in 1996? Het lijkt nog zo kort geleden dat ze bekend werd. En wat was Renate Dorrestein in haar beginjaren goed. Zo on-Nederlands, zette ze je met een mengeling van absurdisme en voor mij ook grimmigheid op een nieuw been. Nee, later werd er niks meer aan. Meer van hetzelfde? Of ook een verlies aan slagkracht en inventiviteit?
Dan waren er nog beeldend kunstenaressen. Ik bracht o.a. Georgia O'Keefe in: ik had haar huis in Nieuw Mexico bezocht en dat eindeloze heimwee naar de woestijn en de leegte, de kleuren van haar uitvergrote bloemen, botten waar je de hemel doorheen zag, een oersfeer in haar leefomgeving en atelier, is altijd bij me gebleven.
Ik leerde een nieuwe kunstenares kennen, de 31 jaar oude Nederlandse Maartje Konstanje. Dochter van twee fruittelers en imkers. Een jonge frisse meid met een eenvoud en puurheid om haar heen en kijk dan eens wat voor grote sculpturen ze maakt van karton en behangerslijm: botachtig, takkerig, honinggraten: nee geen woorden gebruiken, alleen maar kijken.
Die beelden maakt ze dus binnen en die groeien uit, zodat ze niet meer door de deur kunnen. Dan zaagt ze die in stukken en lijmt het in het museum weer aan elkaar, geen enkel punt. Iets daarin heeft voor mij met het ware leven te maken: je laat dingen groeien, dan breekt het af, en ben je toch niet bang dat het weer zal verschijnen als één geheel.
Die beelden maakt ze dus binnen en die groeien uit, zodat ze niet meer door de deur kunnen. Dan zaagt ze die in stukken en lijmt het in het museum weer aan elkaar, geen enkel punt. Iets daarin heeft voor mij met het ware leven te maken: je laat dingen groeien, dan breekt het af, en ben je toch niet bang dat het weer zal verschijnen als één geheel.