Even een tussenstop gemaakt, onderweg naar mijn boshuisje, voor Jan Mankes in het Arnhems Museum. Er is een gecombineerde tentoonstelling met het museum in Heerenveen; Verstilling en strijd, heet het. Ik ben al heel lang fan, hij komt zes keer voor in blogjes vanaf 2012, en dat was naar aanleiding van een bezoek in Heerenveen. Voor mij is de ‘verstilling’ altijd de hoofdmoot geweest. Alles herademt daarin en zijn dieren krijgen ‘menselijke’ trekken: dat zij weet hebben dat er zonder woorden soms een wereld te winnen is.
Door zijn zwakke gezondheid schilderde hij de directe wereld om hem heen én hij was getrouwd met de eerste Nederlandse vrouwelijke dominee: Dit zijn de twee weetjes die mij altijd zijn bijgebleven. Hier twee keer een lezende en studerende Anne Zernike.
En dat je dan op de achtergrond hetzelfde gemberpotje ziet.
Een vogel op een mok, geitjes in het bos, met twee zonnebloemen op de achtergrond; het ademt ook allemaal een zachte intimiteit.
In deze tentoonstelling zag ik wel beter zijn sociale cirkel en het intellectuele, geestelijke klimaat achter al deze verstilling. Anarchisme, geweldloos zijn, vegetariër: het past in de huidige strijd die gevoerd wordt voor een leefbare aarde. Als het koud is binnen, kun je ook gewoon je jas aantrekken, om stookkosten te verminderen, dat gebeurde in 1917 ook al in het huishouden van de familie Mankes.
De ‘menselijkheid’ in zijn dierenportretten komt wel extra schrijnend binnen door het laatste schilderij wat hij gemaakt heeft en dat hij nog niet had goedgekeurd en het liefst vernietigd zag worden. Daar is gelukkig geen gehoor aangegeven. Het was al op zijn ziekbed, geveld door de Spaanse griep, met gebrek aan goed voedzaam eten, op het einde van de oorlog in 1918;
Marmot in Herfstbos