zondag 20 juli 2014

Lopend vuurtje

Hoe vaak komt dat in Nederland nou voor? Een waarlijk tropische nacht. Ik was in de Staartjeswaard aan de rivier en had er na zonsondergang een vuurtje gemaakt. Met meegebracht hout van thuis. Aan de andere kant van de baai was ook een vuurtje. Dat heeft iets gezelligs en toch ben je ook heerlijk alleen. Alleen met de rivier die voor je stroomt, de enkele boten die in het donker voorbij tuffen, de contouren van de distelplanten om je heen. Alleen met het vuur: Broeder Vuur noemt Franciscus van Assisi het in zijn Zonnelied.

Kunst is om al het meegebrachte hout en de andere takken, nog bijeengesprokkeld op het strand, helemaal op te branden. Dat betekent: op het juiste moment het vuur voeden, met een nieuw takje, op het juiste moment een houtsblok keren en de vurige kooltjes moeten op het laatst zo warm zijn, dat één adem zuurstof, of een enkel takje, de boel weer laat ontvlammen. Intens tevreden maakt dat: als het lukt en ik diep na één uur s'nachts op het laatst alleen nog met mijn handen er wat zand overheen hoef te gooien.

Zo was er een vuurtje, en zo is het verdwenen... En zo is het leven: alles komt en gaat. Een banaliteit maar zéér afschrikwekkend, wanneer je denkt aan het Nederlandse vliegtuig dat neergeschoten is. Al die mensen met hun hoop en hun plannen: er waren aidsspecialisten bij op weg naar een congres in Melbourne. En Maleisische families, die op weg naar huis waren. En vast ook vakantiegangers, die droomden van kokospalmen op witte stranden en een blauwe zee.

Heel Nederland rouwt mee. Bij de intocht van de Vierdaagse was er geen muziek. Moet dat nou? Gaat dat niet te ver? Er moesten 60 muziekkorpsen worden afgezegd. Zoveel mensen die al maanden van te voren hebben geoefend. En al die wandelaars, voor wie de Intocht een feestelijke 'beloning' is... Het blijkt dat Binnenlandse Zaken besloten had dat de vlaggen halfstok moesten in Nederland. Defensie heeft ook een poot in de organisatie. En zo volgt het ministerie van Defensie, Binnenlandse Zaken.

Ik vind dit opgelegde rouw. In feite bureaucratisch geregeld, dus oneigenlijk. De wereld en je eigen leven, soms, is nu eenmaal een vat vol contrasten en ongerijmdheden. Voor een ieder is het de kunst om je eigen vuurtje brandend te houden, ondanks en dankzij die vreemde wereld met die vreemde mensen daarop, die elkaar zoveel leed berokkenen. Als er tegelijkertijd zo'n groot internationaal evenement is, met zoveel wandelaars uit de hele wereld: dan lijkt het me goed, om juist dan, ook wat samen in harmonie gedeeld wordt, te affirmeren: vuur, dat de mens bezielt, kan alleen maar branden als het ten alle tijden ook wordt gevoed.