woensdag 28 mei 2014

Totoro

Troostrijk. Dat woord past bij de Japanse animatiefilms uit studio Ghibli. De figuren wandelen, dansen, vliegen, spelen in prachtige kleurrijke geaquarelleerde omgevingen; de bossen, langs riviertjes, bij de bergen en de zee. Ze vliegen door blauwe luchten met enkele witte wolken, of onder een met sterren bezaaide hemel.

Anders dan de Westerse teken- en animatiefilms die op een Westerse manier een verhaal vertellen: spanning-actie-plot-huilmoment-oplossing en ontlading, zó dat je eigenlijk van tevoren al weet wat de bedoeling is: dán moet je ontroerd zijn enzo, voelt een Japans verhaal veel meer aan als: een stukje uit-het-leven-gegrepen. Ik word op onverwachte momenten geroerd. De menselijke figuren zijn Manga-achtig: grote ogen, expressieve gelaatstrekken, die close-up in beeld komen.

De laatste film die ik heb gezien heet; My neighbour Totoro. Ik bedacht me ineens om er liggend, met mijn ogen vlakbij het beeldscherm naar te gaan kijken. Zo lief, magisch en mooi. Omdat het onderliggende verhaal eigenlijk gaat over hoe het is voor twee kinderen om hun moeder te moeten missen, die ziek is en in een ziekenhuis ver weg aan het herstellen is. Wat voel je dan en wat gebeurd er in je aan hoop en verwachting?

Dan verschijnt er een meer dan levensgroot vreemd 'knuffeldier', Totoro, die in een berg van een boom woont bij het huis-waar-het-spookt, waar ze net met hun vader zijn gaan wonen. Tezamen met kleinere andere vreemdsoortige wezentjes maken ze er een feest van. Hij neem de twee zusjes mee op zijn grote harige buik, ze bezoeken hun moeder, hij vindt ze als de ene verdwaalt is, hij laat kleine zaadjes die hij ze geeft groeien tot een bos. De zusjes maken het mee, ze weten dat het een droom is, maar de volgende ochtend zijn de eikeltje in het perkje dat ze gemaakt hadden,  tóch ook echt ontkiemt.

Pasgeleden zag ik voor de tweede maal Ponyo. Van dezelfde regisseur Hayao Miyazaki, die studio Ghibli mee heeft opgericht. Over een goudvisje dat een meisje wil worden en vriendjes wordt met een jongetje dat bij de vuurtoren woont. Daar is het water en de zee als een apart personage. Vanavond komt het op de tv, zag ik in de krant.