dinsdag 6 juli 2021

Herman en Tupelo Honey

En daar gebeurt het weer: een liedje dat mij direct terug zuigt naar het verleden en ditmaal naar die oude leren bank in dat grote huis in Winterswijk, waar ik 19 jaar oud, ineens de mede verantwoordelijkheid had over acht kinderen. Ik was nog nooit uit mijn ouderlijk huis geweest en nu moest ik ineens zelf een ‘ouder’ zijn. Te  midden van tumult en turbulentie leerde ik tegelijk ook aardappels koken, worstjes bakken, maaltijden verzinnen voor dat ‘gezin’. En Herman was de ‘vader’.

En als alle kinderen dan eindelijk in bed lagen dan draaide hij uit zijn platenverzameling. Seasons van Magna Carta, voor de vrolijkheid en de goede moed en Van Morrison om, maar dat zie ik nu pas, om te gaan met al die heftigheid van toen. De hele LP Astral Weeks kwam regelmatig tevoorschijn, het was zijn lievelingsplaat, maar ook dit nummer zette hij speciaal op, dat ik nu op YouTube tegenkom: Tupelo Honey. Hierop zwelgde en zong hij mee: Herman met zijn half lange krullerig haar tot op de schouder, een beetje klein en dikkig, hij hing weleens tegen mij aan op die bank en ik weet nog dat ik toen dacht: Nee, ik vind je niet aantrekkelijk.

Hoe heeft hij tegen mij aangekeken? Weer een meisje dat hij moest behoeden voor de avances van de directeur die, natuurlijk buiten medeweten van zijn vrouw, achter de meisjes aanzat? Het echtpaar was ook de ‘opa en oma’ van het gezin, een dubbelrol dus, naast het directeurschap in de kantoren aan de andere kant van de grote villa met de enorme serre en tuin. En hij moest mij ook waarschuwen voor het oudste jongetje die het wel fijn vond om zich te laten knuffelen door mij en zijn armen om mij heen sloeg: het kón zijn dat er al seksuele hormonen door dat lijfje gingen, ik kon beter een beetje afstand houden.

Ik was 19 jaar en zelf nog zo onschuldig als wat. Hij was… 25 jaar ofzo? Hij deed het als vervangende dienstplicht, hij was een echte pacifist en ik deed het vrijwillig. Toentertijd was dat een gigantisch leeftijdsverschil voor mij, bovendien was hij op die plek gepokt en gemazeld, hij had er in anderhalf jaar zóveel meegemaakt en ik was geheel groen. Dus we deinden, elk op een eigen wijze, mee.

En nu pas zie ik de tekst: She is as sweet as tupelo honey/ just like honey baby from the bee (…) You cannot stop us on the road to freedom/ you can’t stop us, ‘cause our eyes can see (…) Oh, you know she is allright, ‘cause it is allright with me.