maandag 11 oktober 2021

Rosandepad. Brommer op zee. Annejet van der Zijl

Het was dik 25 km fietsen naar station Oosterbeek, daarna een prachtige gevarieerde rondwandeling door hoog en laag bossen, bronnen en de polder met de vrouwenwandelclub, het Rosandepad van 16 km, en daarna in de schemering door het nationaal park De Hoge Veluwe terug;  bijna 30 km. Ik zag daar twee everzwijnen tussen de bomen scharrelen en daarna in razende vaart een héél groot zwart everzwijn over het fietspad draven op 20 meter afstand, wel indrukwekkend, het leek alsof iemand of iets haar op de hielen zat. Het zal toch niet al de honger zijn? De everzwijnen schijnen het moeilijk te gaan krijgen op de Veluwe, bij gebrek aan rijping van eikels en beukennootjes en dergelijke. Later galoppeerden ook nog vier herten voorbij. 

Ik was net op tijd terug voor het tv-programma Brommer op Zee, een prettig programma over boeken en schrijvers: Wilfried de Jong en de Vlaamse Ruth Joos ontvangen er gasten in de sfeer van een rommelige kamer met onverwachte hoeken en een grote tafel aan een schaduwrijke tuin. Er zit ook een glazen schrijvershok in waar elke week iemand de opdracht krijgt om in 30 minuten iets te schrijven over een voorwerp. Dit om de plotseling overleden dichter K. Schippers te eren van wie de fameuze regels Wanneer je goed om je heen kijkt, zie je dat alles gekleurd is, op de gevel in mijn stad staan en het is ook de naam van een verzamelde gedichtenbundel voor kinderen onder redactie van Tine Buul. Net als een gedichtenbundel van K. schippers, heb ik ook die in mijn boekenkast in de stad. Deze keer schreef Paulien Cornelisse een puntig stukje over de kleerhanger, waar ze ook ‘taal’ tot onderwerp maakt, geheel passend bij haar doorbraak-boek: Taal is zeg maar echt mijn ding. Op de website van de VPRO is het terug te lezen en te zien.

Maar ik had mij verheugd op de aangekondigde Annejet van der Zijl, die een nieuw boek heeft: Fortuna’s Kinderen; een trans-Atlantische familiegeschiedenis. Het eerste deel ervan was vorig jaar het Boekenweekgeschenk:’ Leon & Juliette, Een liefdesgeschiedenis’. Het is al jaren mijn gewoonte om dat aan te schaffen en er vervolgens een dag gratis mee te gaan reizen, maar door Corona heb ik niks gekocht, maar toevallig was het vorige week bij de biebbus te leen, je leest het in één adem heel snel uit.

Wat een verrassend verhaal en dat het écht is gebeurd: in 1820 gaat de 18-jarige Nederlander Leon Herkenrath de oceaan over naar Charleston om daar zijn geluk te beproeven. Daar draait alles nog op de slavernij: een rijke geprivilegieerde kleine blanke bevolking is het topje van de ijsberg van een zwart raderwerk eronder. Hij wordt verliefd op een meisje dat hem verzorgt bij zijn ziekbed, hij koopt haar en in dezelfde acte geeft hij haar de vrijheid. Het begin van een grote liefde: ze trouwen en krijgen samen zeven kinderen, hij smokkelt zijn hele gezin, druppelsgewijs onder de planken van een schip naar Nederland. In Charleston leven ze jarenlang als ‘ongedocumenteerden’, noemde Annejet ze in het gesprek, verborgen in een achteraf straat, en hij leefde een dubbelleven als succesvolle vrijgezelle zakenman.

Eenmaal in Nederland gekomen, in Monster, werd zij een zeer geacht en geliefd burger van de samenleving en hun kinderen floreren en een dochter maakt de oversteek terug naar Amerika, ditmaal naar de Westkust en is daar ook heel invloedrijk en succesvol. Ik ben wel benieuwd geraakt naar dit ‘vervolgboek’. Mooi was het om Annejet van der Zijl zo zorgvuldig te horen vertellen, hoe zij er alles aan doet om niks aan  een historisch verhaal te verzinnen of in te vullen, omdat zij daarmee de werkelijkheid te kort kan gaan doen en het geheel onbetrouwbaar kan worden. En dat het in de research-periode dan spannend is of ze genoeg hard materiaal kan vinden om het boek te gaan schrijven.