donderdag 22 november 2012

Vaatstra, Pier en oceaan

Het boek werd op de markt gezet als de literaire sensatie van 2012, dus ik had er hoge verwachtingen van. Zijn Cirkel in het gras vond ik destijds overdonderend goed, dat boek deed wat met me. Maar dit... Ik heb het over Pier en oceaan van Oek de Jong, meer dan 800 pagina's, uitgegeven in twee boeken. Het moest terug naar de bieb en kon niet verlengd worden en ik heb het niet uitgekregen. Werkelijk: ik dommelde vaker, na een paar pagina's weg, het is in mijn beleving dus slaapverwekkend saai.

Het boek wordt geroemd om zijn scherpe, gedetailleerde observaties, het langzaam laten verstrijken van de tijd, het panoramisch beeld dat het geeft van Nederland, van de hongerwinter in 1944, naar de jaren vijftig en zestig, naar het heden, Nederland in vogelvlucht van  Amsterdam naar  Friesland, naar Zeeland. Ik krijg geen nieuw beeld van Zeeland, ik denk steeds maar aan de dagboeken van Hans Warren. Ik krijg ook geen nieuw beeld van Amsterdam, ja de arbeiders droegen allemaal petten en de hoge heren hoeden en hoofdeksels waren ineens helemaal uit het straatbeeld verdwenen en dat schets dan een tijdsbeeld. Ja, dat zie je ook al bij Ciske de Rat.

Misschien had ik Oek de Jong er niet over moeten zien vertellen in een boekenprogamma: ongeveer de enige tv die ik de afgelopen maanden heb gezien. Want daar vertelt hij over zijn uitgebreide research en al lezend zag ik de schrijver bezig: O, nu zitten we in de zestiger jaren, eerst even goed inlezen, me inleven en schrijven maar. Wat is nu de rode draad van het hele verhaal, dat begint bij de moeder van Abel Roorda, die een lesbische affaire heeft gehad vlak voor de zwangerschap van Abel en daar haar hele leven nog mee bezig is, en dan de vader uit Friesland die zich steeds pedanter opsluit in een eigen gelijk, en dan Abel, op ontdekkingstocht in Zeeland naar... ja, wat is die rode draad? ... de liefde?... Nee, volgens mij is het: de altijd sluimerende seksualiteit van alle personen en daar geen goed raad mee weten.

Maar vandaag werd ik wakker: nu bekend is dat de dader van de verkrachting en moord op Marianne Vaatstra een boer is uit Friesland, gehuwd en vader van kinderen. Een boer van een dorpje verder. Dat leven in Friesland, zoals dat boek vertelt: Abels grootvader, een eenling, nooit verder geweest dat dat Friese veendorp, opgesloten in een eigen leefwereld, stappend door de Friese klei.  De moeder van Abel, ongelukkig in Friesland met haar verlangen naar het water en de zee, waar de vrouwenliefde bloeide. Wat doe je met je brein en hoe krijgen plekken betekenissen door de eigen werking van dat brein?

De columnist Sylvain Ephimenco vraagt zich in Trouw vandaag af, hoe dat mogelijk is: zo'n man die 13 jaar zwijgt, die vlakbij de plek van het onheil leeft, die de familie van Marianne wellicht op straat tegenkomt, die gewoon zijn brood smeert aan tafel, terwijl wellicht zijn eigen gezin ook sprak over die gruwelijke moord... Ja, lees dan Pier en oceaan: dan lees je over de bewegingen in enkele breinen en hoe ze dat uitleven in het landschap om hen heen. Als ik de vermoedelijke dader was, dan zou ik me juist heel erg thuis voelen in mijn eigen Friesland. Omdat ik het geweld en de gruwelijkheden en het verlangen naar een gewoon leven met vrouw en kinderen, direct in mijn omgeving een plaats heb gegeven.

Misschien is Pier en oceaan toch wel een heel goed boek. Twee landschappelijke beelden voor een vorm van verlangen: Pier: het mannelijk lichaamsdeel bij uitstek en de oceaan: beeld van het vrouwelijke en moederlijke: ze steken in elkaar of reiken naar elkaar in Zeeland... en daarbij dat  Friesland waar de wijdsheid en de verlatenheid, de polstok waarmee je over het water springt als je maar genoeg kracht zet, ook mogelijkheden geeft om je op te sluiten in  jezelf en gruwelijkheden dertien jaar lang verborgen kunnen blijven.