zaterdag 31 januari 2009

Rivieren stromen

Ik wandelde langs de oevers van mijn rivier. De lucht was blauw, boten tuften traag voorbij, ganzen vlogen over, het riet stond geel afgetekend tegen de strandjes, water kabbelde. Ik zocht er kleine kleurige steentjes en stopte ze in de palm van mijn hand. In het boekje Struinen langs de rivier , ontdek de Nederlandse wildernis, las ik dat ik vooral gekleurd kwarts verzameld had. De kleur wordt veroorzaakt door bijmenging van ijzer, en dan wordt het gelig en roze.

IJzer: een hard materiaal, waarvan je weet dat het in voldoende mate in je bloed moet zijn, want dat houdt je sterk. Aan de Nederlandse rivieren kleurt het de kwarts: geel en roze... de kleuren van mijn huid, dat wat stroomt in mijn bloed.

Dit is mijn rivier: aan deze rivier woon ik, hier zoek ik plekken om thuis te zijn, dit is het uitzicht van het huis van mijn ouders. Vader is daaruit vertrokken. Zijn hart was ook altijd ergens anders, in Indonesiƫ, maar over deze rivier keek hij uit, als zijn geest op reis was en op andere plekken vertoefde...

Zomaar wat steentjes zoeken en de tijd vergeten, er daalde een grote rust in me. Watching the river flow, zingt Bob Dylan en zo zal het zijn voor mij: dit is de grond waar mijn familie, verzameld uit een clan die woonde aan een rivier in China en andere plaatsen en plekken in Indonesiƫ, een nieuwe generatie heeft laten onstaan.

Dit is de grond die behoort in de palm van mijn hand en die ik in mijn hart meeneem waar ik ook ben op de wereld en die men ooit over mijn kist mag strooien als ik de aarde verlaat. Vader is Geest geworden, opgelost in de materie die er nog is. Ik kom voort uit zijn materie. Alle rivieren stromen uiteindelijk naar de zee, de Wereldzee, waar alles met alles verbonden is en elkaar onderhoudt.