Er zijn jaren en jaren geweest dat ik na de Kerst tot en met het Nieuwjaar in Amsterdam was, in het appartement van broer Y. Nu één dagje. Ik beleef het met definitief andere ogen, sinds New York. Deze stad aan het water, zoals de Nederlanders ook aanvankelijk New York ontworpen. Maar hier kruipt het water door alle hoeken en kieren van de stad.
Het is er ook overal zo kneuterig klein. Al die geveltjes. Wel kunnen zien dat het water ooit de routes gaven voor goederen. Langs de grote grachten nog enige plakkaten over hout en scheepsbenodigdheden.
Ik wandelde naar het Rijksmuseum voor een tentoonstelling over het huishouden in de 17 e eeuw. Ik had me er heel wat bij voorgesteld, ook deze stond in de top Vijftien bij de NRC. Maar ook hier was mijn verwachting New Yorkaans: ik stelde me virtuele werkelijkheid voor waar het voorstelbaar zou worden dat het de Nederlanders waren in hun gouden eeuw, die de oceanen over gingen en met schwung en voortvarendheid die eerste stenen gebouwen in NY bouwden en er grachten groeven, en namen gaven aan hun omgeving die nu nog te herleiden zijn.
Maar er kwam mij een burgerlijke en degelijke spruitjeslucht tegemoet, waar elk dagelijks voorwerp in een soort van kartonnen doos verpakt was. Het enige leuke was, om te zien, dat alles in de twee poppenhuizen dus realistisch nagemaakt was, zoals een dagelijkse bezem. En het valhelmpje van de peuter op een schilderij deed denken aan mijn net aangeschafte fietshelm.
Zo gezellig klein allemaal.
Ik verheugde mij om de dag af te sluiten in mijn favoriete eethuis op de Zeedijk in Chinatown. Welnu: het ís zo dat er nu véél meer toeristen zijn, jong ook, allemaal krioelend op zoek naar vertier en eten en drinken…En toen kwam mijn definitieve afscheid van het Amsterdam zoals ik het jaren en jaren beleefd heb. Mijn eethuis waar ik al in mijn studententijd kwam, met oude vitrages, oude zware verwarming, oud bruin tapijt, zwak licht, donker en duister en met goedkope witte papieren tafellakens die met één ruk van de tafel werden geveegd als opruimactie voor een nieuwe eter… is verdwenen.
Er komt een trendy gegentrificeerd restaurant. Maar de vrouw die ik gaandeweg ouder heb zien worden, is er nog steeds. Zó jammer, het was mijn tijdmachine naar mijn eigen verleden.
Net zoals die zilveren gordel die de vrouw des huizes in de 17e eeuw droeg, met daaraan alle sleutels, (en bij haar taak hoorde ook de gehele bevoorrading voor de scheepsbemanning), nu onbruikbaar is: Zo zal er geen sleutel meer passen op dat stukje van mijn geschiedenis.
Op de tv bij de Top 2000 kwam dit héél toepasselijk lied voorbij.





