vrijdag 7 oktober 2011

The pursuit of happyness

Het was een fijn filmpje om te bekijken, omdat je van te voren weet dat het gelukkig zal aflopen: The Pursuit of Happyness. Dat je niet naar een sprookje kijkt, maar het ook nog eens echt gebeurd is, is helemaal fijn. Acteur Will Smith speelt Chris Gardner, een man met vrouw en een vijfjarig zoontje, die torenhoge schulden heeft en de hele dag de hort op moet om in San Francisco een nieuwerwetserig apparaat dat botten scant, bij huisartsen enzo te verkopen. Hij heeft een hele partij daarvan thuis staan, ooit ingetrapt in de hier-word-je-rijk-van-droom.


Zijn vrouw verlaat hem, hij word uit zijn huis gezet, gaat in een motel wonen, maar wordt ook daar uit gezet. Hij en zijn zoontje moeten een zwervend leven leiden, ze zitten overdag in de metro voor wat warmte en rust en melden zich om 17 uur bij een liefdadigheidsopvang bij een kerk voor een slaapplaats. Gardner ziet nog één mogelijkheid: een opleiding beginnen tot effectenmakelaar, want slim is hij wel. Hij wordt aangenomen voor de opleiding omdat hij zichzelf elke dag voor de ingang posteert van het financiële kantoor en zich op een dag in de taxi van eén van de bazen dringt. Het is de tijd van de kubus van Rubic, dat weet ik nog wel, hoe iedereen daar toen bezeten van was om het op te lossen. Dat lukt Gardner in dat autoritje en zo mag hij de opleiding beginnen en wordt uiteindelijk uit velen gekozen om inderdaad effectenmakelaar te worden, waarna hem een zeer glansrijke carierre wachtte.

In de extra's zie je de echte Gardner, voor wie het maken van de film een verwerken was van deze periode in zijn leven. Hij was elke dag op de opnameset, en Will Smith is trots hem te mogen vertolken, de decorontwerpers blij om echte rekwisieten uit die tijd te vinden en zo het verleden voor Gardner werkelijk tot leven te brengen. Gardner is in het echt een man met de X -factor om hem heen, maar wel een zwarte man in een tijd toen het onvoorstelbaar was dat Obama, een zwarte, president van de USA zou kunnen worden. De film is níet het verhaal van rags-to-glory, de Amerikaanse droom, maar gaat vooral ook over de wil en het optimisme van een man, die per se voor zijn zoontje wil blijven zorgen, zeggen alle betrokkenen bij de film.

Ik dacht vooral na afloop: Geluk heeft dus alles met geld te maken, als je niet in je basisbehoeften kunt voorzien. Armoedeval is pas echt ongelukkigmakend, als je moet bungelen bij de afgrond. In onze maatschappij hoort de afschaffing van PGB's (het persoongebonden budget) daarbij, wanneer de de onmogelijkheid dichterbij komt om je kinderen een opleiding te kunnen geven, invaliden niet snel hun hulpmiddelen kunnen krijgen, je ouderen en zieken geen zorg kunt geven en ze laat verpieteren in een verpleegtehuis, terwijl dat nog niet nodig zou zijn.

De zelfverkozen armoede van de Clarissen, die ook wel de Orde van de Arme Vrouwen genoemd wordt, is vanuit dit perspectief , een gigantische rijkdom.