zaterdag 24 september 2011

Spinnenweb

Gisteren is de vrijdagavondmeditatiecyclus weer begonnen bij de Clarissen. Mild makend, realiseer ik me, als ik weer thuis ben: eerst meedoen met de Vespers, dan een uur lang stil zijn in de kapel, kapel klaarzetten, samen eten. Ditmaal niet in stilte, want er was een groep jongeren, die kwam voor een 'Lichtvoetig weekend', georganiseerd door zuster B., die daarmee haar jongeren binnen heeft: de reden waarom ze niet meer meedoet met de meditatie: ze zoekt jongeren, niet een allengs ouder wordende meditatieganger.

Aan tafel keken we de tuin in en zuster R, met bijval van zuster C. zeiden dat er nou zoiets prachtigs was in de tuin! Ik en twee jongeren keken verwachtingsvol mee. Ze bedoelden een spinnenweb dat zich geweven had in een klein donker denneboompje. Ik zag de verbijstering van een van de jongeren: was dat nou alles?, een spinneweb! Zuster R. zei hoe mooi daar de zon op kwam, en 's ochtends de dauw.

Hier zie je het botsen van twee geheel verschillende belevingen van de wereld. De zusters zien een broos en prachtig gemaakt web, zo kwetsbaar als wellicht hun eigen leefwijze is: er moeten bedelbrieven geschreven worden voor financiƫle steun, er komen geen jonge roepingen meer bij, er komen sowieso geen zusters meer bij. 'Ach, die jongeren die hebben zoveel andere dingen te doen', had zuster C. net van tevoren gezegd over de weinig jongeren die er bij de meditatie zijn, 'als de ouderen wel staan te trappelen, hoe kun je die dan weigeren om te komen?'
Zo'n spinnenweb is een mooi symbool waar de zusters dagelijks op uit zien, ze verlaten het klooster alleen als het noodzakelijk is, het is een bron van meditatie.

Het is een wijze van waarnemen, die ook in de Zen zo aanwezig is: Alles openbaart zich in het Gewone.Alles kan een aanleiding zijn om door te dringen tot het wezen van het universum en jouw bestaan. Wat dat ook is: woorden schieten tekort en lijken al gauw gezemel, vaag en onduidelijk. Maar het bestaan van haiku met een eerbiedwaardige reeks van dichters, wijzen ook naar een levende werkelijkheid die in zo weinig woorden als een haiku, elke keer weer , bij elk een die het leest, gaat leven.

Ik vond een haiku die een verbinding maakt tussen het alledaagse wat zomaar voor handen is en zoiets als biddend handelen: getijdengebed, meditatie en in het boeddhisme het reciteren van sutra's:

While I intone the sutra's, the morning-glories are at the best.

Van Kyroroku en in het Japans hoor je een melodie gaan: Kankin no ma wo asagao no sakari kana. Misschien dat zo'n jongere op het einde van het lichtvoetige weekend, na twee dagen de rest van de maaltijden in stilte te hebben doorgebracht, kijkend naar dat spinnenweb toch ineens ervaart: ja, zo'n spinnenweb, toch wel heel mooi, eigenlijk.