woensdag 19 januari 2011

Tunesië

Deze dagen, nu er zich in Tunesië een revolte heeft aangediend, hopenlijk op weg naar een echte democratie, denk ik aan meneer Mansjoer (zie blog 23 april 2009). Hij woonde in de wijk achter me en zijn vrouw wilde per se terug naar hun geboortegrond. Ze voelde zich eenzaam in Nederland, ze miste haar familie, opgesloten hier in een nieuwbouwwijk.

Meneer Mansjoer wilde blijven. Alhoewel hij geen werk kon vinden met zijn goede opleiding. Maar het intellectuele klimaat was hier beter. Hier voelde hij de vrijheid om te zeggen en denken wat hij wilde. Maar ja, thuis was het eigenlijk niet meer te houden met zijn vrouw, die steeds depressiever werd. En zo wordt het lot van je leven ook bepaald door de partner met wie je bent: ze gingen terug. Het leek een beetje: nu of nooit, omdat hun kind nu net praten kon, nog vóór de kleuterschoolleeftijd. Nu zou deze nog kunnen wennen in Tunesië.

Hij belde me, vanuit Tunesië. Zijn vrouw had spijt. Nu vond ze het stoffig en vies in Tunesië en de familie viel ook tegen. Ze wilden zo snel mogelijk terug. Ik had er destijds al een hard hoofd in of dit zou gaan lukken; opgeruimd staat netjes, met spijtoptanten heeft de politiek niet veel clementie, ook toen al niet. Ik heb nooit meer iets van hen vernomen.

En nu? Hoe zou het voor hem zijn, nu het land misschien een nieuwe start kan gaan maken? Hij was hoog opgeleid, zou hij nu zelf wellicht ook daadwerkelijk mee kunnen werken aan de opbouw van een nieuw Tunesië, waar het voor zijn kind, en wie weet heeft hij er nog wel meer gekrgen dan die ene, wél goed toeven is? Het klimaat daar, in het grijze januariweer hier, is in ieder geval wel benijdenwaardig.

Tunesië is het eerste land waar ik zelf wat van verte en reizen geproefd heb omdat ik met mijn familie, toen ik een jaar of 14 was of zo, in een oude ruime Peugeot met chauffeur door het land heb getrokken. Voor het eerst een oase meegemaakt. Een heel koude sterrennacht op een terras aan de rand van de woestijn. Het palmbomen schiereiland Djerba. Op een bedoeïenenfeest beland met heel veel paarden en tenten. Bijna verongelukt omdat de asfaltweg plotseling ophield en de auto in een rivierbedding viel. Spanning omdat de chauffeur ons bedroog en s'nachts ritjes met de auto maakte, getuige de volle asbakken in de auto. Patio's en kasba's.

Kortom avontuur, in een land dat er overal weer anders uitzag. Ik hou van de muziek van de Tunesiër Anouar Brahem en wellicht komt dat omdat ik toen ook al de Ud heb gehoord; een Tunesisch snarenintrument. Dat iets van een telkens, zich anders ontvouwende horizon toen in mij gegroefd is. Ik gun Meneer Mansjoer en zijn familie heel erg een nieuwe horizon. dat zijn kind straks, helemaal nooit meer weg wil uit Tunesië en trots is op het land waar hij vandaan komt.