Ik had het goed in mijn oren geknoopt: bij de bezichtiging van dit huisje werd er verteld dat de herten de petunia’s uit de bloembakken bij de receptie hadden opgegeten en dat wilde zwijnen ook alles uit je tuintje zouden wegschrapen. Een buurvrouw vertelde dat ze een hele border met tulpen had gepland en die waren systematisch uitgegraven. Dus járenlang deed ik niks daaromtrent.
Pas afgelopen herfst dacht ik: Kom op, ik ga gewoon narcissen en tulpen planten. Ik deed er kleine takjes overheen en het meeste in potten.
Nu geniet ik van het resultaat! Waarschijnlijk nú mogelijk omdat er in de loop van de meer dan vier jaar betere hekken en wildroosters zijn geplaatst. Ik denk nog wel dat de vossen in de nacht rondscharrelen; dat zie ik door de sporen wanneer het gesneeuwd heeft en ik leg standaard afgekloven kippenbotjes en dergelijke op één plek en de volgende ochtend is alles altijd weg.
Dus dit jaar geniet ik voor het eerst uitbundig van de narcissen, tulpen én de andere bloemetjes die op komen, zonder dat ik het bewust daar gepland heb. Leuk hoge halmen rondom een steen en paarse bloemetjes, en gele op de hoek. Ik ben niet zo van ‘de namen willen weten’, maar ik zie aardig wat biodiversiteit; ook in het ‘gazonnetje’ dat begon als keurige grasmat, maar nu vol zit met mos, madeliefjes, paardenbloemen, enzovoort, enzovoort.
Ook allerlei soorten mieren en insecten, ontdekte ik toen ik gisteren op een handdoek lag te zonnen. Over de vossen hoorde ik dat ze zichzelf hebben geleerd om tegen de hekken op te klimmen en er dan er overheen springen, zoals poezen dat kunnen.
Andere bosbewoners heb ik zelf hier naartoe gebracht, zoals onlangs een grote brontosaurus. Achter mijn schuurtje is mijn kneuterhoekje (of kleuterhoekje), gezellig met de laagvliegende koolmeesjes in-en-uit het nestkastje.