Ik hoopte eigenlijk dat ik het geluid van de donder en het onweer kon vastleggen, want het is spectaculair, midden in de nacht in je tentje op de grond. De lagune versterkt, alles trilt, het gaat als het ware door je eigen lichaam heen. Helaas pakt de microfoon vooral het tikken van de regen op het zeil.
Ik hoop dat deze camping, ook als Paolo geen eigenaar meer is, blijft bestaan. Aan de uiterste punt van het Lido, ongeveer 500 meter van een klooster, en landelijke rust. Hengelaars aan de kade die ook met hun auto vanuit het hele Lido hier naar toe komen.
Hier geen massatoerisme, waar nu in Europa dus tegen wordt geprotesteerd en in Venetië tegen het aankomend huwelijk van Bezos, die met zijn grote luxe jacht en biljonaire internationale gasten hier de boel wil komen verstoren, maar vooral plaatselijke bevolking.
Zo leuk dat de ‘ijscoman’ mij uit de verte al groet, als ik aan kom lopen voor nu de blauw-giftige (zou Moeder zeggen), granita grande anice, anijssmaak dus. Lachend goot hij heel langzaam de siroop bij het ijs, dat hij ook zo hoog mogelijk opstapelde in de beker. Eigenlijk was de concentratie siroop nu té veel.
Het lijkt erop dat in de verte in het water de markering is te zien van de onderwater dam, die Venetië moet behoeden tegen totale overstroming, maar ik weet het niet zeker. Daar op het eind,bij dat huizencomplex, daar is de camping.