De Architectuur Biënnale heeft vier woorden als thema, waarmee je alle kanten op kunt en dat gebeurt ook, zag ik op mijn eerste bezoek. Heel interessant.
Het Amerikaanse paviljoen heet The Porch, daar kwam ik pas achter nadat ik lang plaats had genomen in een aantrekkelijke schommelachtige stoel. Binnen meldde men dat dit een Amerikaanse uitvinding is, die overkapping buiten, die ik eigenlijk altijd veranda heb genoemd. Bedoelt als plek van
samenkomst en ook om je blik te kunnen centreren.
Zowel de slaven als hun meesters hadden er een, maar die van hun meesters ging geheel rondom hun huis om zo hun hele bezit goed te kunnen overzien.
In mijn stadhuis had ik ook een zelfgebouwde overkapping, waar ik heel wat genoegelijk uurtjes heb doorgebracht, ook als het regende, zat ik daar droog en ik zat er ook met een dik vest aan tot diep in de herfst. (Helaas is het zonder overleg afgebroken door wie ik nu mijn Regelmatige Logé noem, ik kwam er pas achter toen ik voor het eerst weer in mijn stadshuis kwam en hij er een weekje ofzo woonde.)
Mijn boshuisje voelt vaak als geheel aan, als een soort van overkapping, waar de natuur dichtbij is. Ik heb er een punt gemaakt waar het centrum is, het concentratiepunt vanwaar uit ik verder kijk.
Heel toevallig kwam deze foto op mijn iPad tevoorschijn. Hier kijkt de vos naar dit punt.