Een prima plek waar je anders nooit komt: Het is de achterkant van het Franse Paviljoen, dat aan een kanaal grenst. Het paviljoen is in renovatie dus heeft men een tentoonstelling aan de buitenkant, over architectuur die flexibel is en zich richt op de levende omgeving. Dat kan een ondergronds schoolgebouw zijn in Oekraïne, of een olifanten verblijfplaats in Thailand, of huizen die snel neergezet kunnen worden in gebieden met overstromingen; enzovoort. Nú dus, hier, is er ineens een balkon op halverwege hoogte en tussen de bomen, waar je kunt liggen in zitzakken. Lunchen, siësta, catalogus bekijken en snel een blogje maken. Er waait een zacht briesje, het geurt naar groen en water. Héél aangenaam.
Hiernaast het Britse Paviljoen, dat zich verscholen heeft in kettingen van klei uit Kenia. Het is helemaal op de schuldbewuste toer. Hoe het in het koloniale verleden heeft huisgehouden. O.a. op een schaal van 1:1000 een grottenstelsel waar men slaven in verborg en gevangen zette. Daarbij in rotan op 1:1 schaal, een stuk wand, zoals het daarbinnen was.
Het hoofdgebouw in Guardini is ook in verbouwing. Daarom is de boekhandel buiten het terrein verplaatst.Het is als een soort van tent, heeft geen fundamenten en wordt op de grond gehouden door alle boeken erin. Dus herbruikbaar en weer inzetbaar op een andere plek. Eén van de thema’s van deze Biënnale, goed zijn voor het milieu en de natuur.