Het is vandaag zo'n mijmerdag: vlak voor het dansen in het klooster en vanavond de vigilie-viering, waar de derde adventskaars zal worden aangestoken. Over het leven waarin alles komt en gaat. Mijn oog viel op een oud fotoboek en daarin zag ik foto's en stukjes uit kranten van de grote anti-kernwapendemonstratie in Amsterdam in november 1981. Meer dan 400.000 mensen op de been. Zie mij lopen en er is een foto waarin ik in een boom ben geklommen en Vader, die - geloof ik - voor alle kinderen zo'n fotoboek gemaakt heeft, schreef daarbij: 'Lieve mensen, peace, please.'
Je Vader en je Moeder, je hebt ze niet gekozen, maar je komt wel uit die twee mensen voort. In Matheus 12 komt die raadselachtige verhouding met je familie in relatie tot andere mensen al tot uitdrukking, waar Jezus met mensen in gesprek is en zijn moeder en broers hem dringend willen spreken. En Jezus antwoordt: 'Wie zijn mijn moeder en wie zijn mijn broers?' Hij maakt een gebaar naar zijn leerlingen en zegt: 'Zij zijn mijn moeder en mijn broers. Want ieder die de wil van mijn Vader in de hemel doet, is mijn broer en zuster en moeder.'
Het is dus de kunst om te vertrekken uit je familie, zij die je bloedverwanten zijn. Je echte familie zijn zij met wie je in gesprek kunt komen, zij die kunnen luisteren en met wie je een gezamenlijke weg deelt: niet zij die je dringend wensen te spreken omdat ze daar recht op menen te hebben.
Dat is ook wel een hard gelag. Veel mensen blijven met onzichtbare draden aan hun familie vastgekleefd. In een web van een spin, zoals ik onlangs hobbit Frodo in The Return of the King nog helemaal door zo'n spin ingepakt zag worden en verlamd raken. Die verlamming en dat ingepakt blijven weerhoudt je ervan om met andere mensen vrij en blij om te gaan. Je kunt ze bijvoorbeeld allemaal als zo'n bedreigende spin ervaren, als ze te dichtbij komen.
Dat is de ultieme horror: als je jezelf vlinderachtig lief, blij en onschuldig kleurig in het gezelschap van een ander waant, maar die ander ziet in jou een enge spin die het slecht met je voorheeft. Een gevecht dat je verliest, zoals Frodo. En je kunt alleen maar gered worden door een ander met wie je dezelfde weg bewandelt: Sam komt Frodo redden, en dan pas ziet Frodo hoe erg hij ernaast zat: want ook hij zag in Sam tijdelijk een spin, in plaats van een vlinder.
Blijven uitzien naar, blijven verwachten, dat is het mooie van de Adventstijd. Een houding die toch heel aardig door mijn bloedeigen vader werd verwoordt, op die grootste vredesdemonstratie allertijden: Peace, please.