Het was weer zo'n boekje dat ik in één ruk uitlas: Wakker liggen ofwel Lying Awake van de Amerikaanse auteur Mark Salzmann. Het was een tip van M die jarenlang in een klooster geleefd heeft. Ze vond het allemaal heel herkenbaar, zei ze. Dat is prettig zo'n voorbericht, en ook ik vond het allemaal héél herkenbaar, al heb ik nooit permanent in een klooster gewoond.
Het gaat over Helen, die zuster wordt in een Carmelitaans klooster en het begint in 1997, waar ze wegens zware migraine aanvallen zich toch maar zich nader laat onderzoeken, in opdracht van haar priorin. Het springt op en neer in de tijd: naar haar Roeping in 1969. Naar de Woestijn (1982) , de Regen vanuit de hemel (1994) en dan de Duisternis, de Overgave en tot slot, Geloof in 1997.
Dit zijn de titels van de hoofdstukken en een ingewijde kan daaraan al lezen welke tocht ze mee maakt, hoe je je kan voelen in je zoeken en je gang naar God: de belangrijkste hoofdrolspeler, tenslotte, zeker als je besluit om kloosterling te zijn.
De roeping tot een kloosterleven zet alles op scherp. Natuurlijk, elk mens kent haar tijden van droogte en woestijn, dat het weer mild wordt als regen uit de hemel, dat je in duisternis loopt en je soms toch weer kunt overgeven aan het leven, en dat er dan soms iets van 'geloof' overblijft. Of je dat nou geloof in God noemt, of in het leven of in...nog iets anders. In simpeler woorden: het leven zit vol ups and downs.
Maar hoe anders en intenser en heftiger beleef je dat binnen een kloosterlijk leven en dat beschrijft dit boek. Want er is geen afleiding, je kunt je niet verstrooien, en zomaar wat aan rommelen: elke keer weer is daar het koorgebed, de dagorde, je medezusters die je nooit kunt ontlopen.
Sinds ik een kamer heb gehad in het Capucijnenklooster, is ook mijn leven veranderd. Ik ben me veel bewuster dat er zoveel afleiding is, zoveel dat je wegleidt van de kern, van dat wat het meest levenwekkend is. Mijn verlangen naar stilte, rust, meditatie is ergens in me geconsolideerd.
Anyway: het boek beschrijft ook heel goed de confrontatie met de denkkaders van de 'gewone' wereld: Ze blijkt epilepsie te hebben en het deeltje in haar hersens dat er verantwoordelijk voor is, is weg te halen. Na de operatie is het leven ineens kaal, zonder intense ervaringen meer. Wat nu, als alles wat je religieus en spiritueel hebt geduid, waar je in het klooster ook 'carrière' mee hebt gemaakt, in feite een deel van een ziekte is?Wat is je geloof dan waard, wat blijft er over? Epilepsie hebben is tenslotte ook een reden om in een klooster te worden afgewezen.
Het boekje bevat veel subtiele, levensechte waarnemingen. De auteur is man, heeft nooit in een klooster gewoond, wel heel lang in China, hij huwde een Chinese vrouw die filmmaakster is, hij heeft zich bekwaamd in Martial Arts, is ook cellist en heeft met Yo Yo Ma opgetreden. Zo zie je maar hoe oneindig vitaal verbeeldingskracht is, en empathie.