Ik ben, geloof ik, het bloggen aan het verleren. Of beter gezegd: het zit niet meer in mijn systeem. Er zit ruimte in me. Er gaan, als een stroom, talloze gedachten en ervaringen door me heen, en vaker denk ik: ja, dat zou een blogje kunnen zijn. Maar waartoe? Waarom focussen op één van die dingen en elke keer weer mezelf tegenkomen?
Onlangs vond ik, bij iets wat een opruimsessie moest lijken in mijn huis, een hele doos vol kopieën van oude blogjes uit 2009. In den beginne, toen ik nog niet zo'n geloof had dat internet alles bewaart, en papier in mijn handen me pas het gevoel gaven dat het écht was, printte ik dus, mijn blogjes.Ik was dat alweer vergeten... Dat is toch alweer zes jaar geleden. Sommige ervan herinner ik me nog als de dag van gisteren... en het meest vreemde is een mijmering die over mijn 'zelf' gaat in de toekomst en dat ik nu dus dat 'zelf' ben, in de toen geprojecteerde toekomst.
Ik ben niet veel veranderd. Er zijn in die tussentijd mensen gekomen en gegaan, maar ik zelve ben gebleven. Waarin? In mijn eigen leven, in een leefwereld die dezelfde soort contouren kent, dezelfde verlangens, passies, mijmeringen. Dezelfde soort hoop en hetzelfde soort geloof. In mij is er een onverwoestbare drive, die zoekt naar verbondenheid, de vreugde van het leven, het verlangen om me over te geven, de wil om dingen te begrijpen. Het zit ingebakken in dit beestje.
Welaan dan: laat ik terugkeren naar de concrete werkelijkheid van alledag: dat het me vreugde geeft om op deze dag tot 2 keer toe naar het tuincentrum te fietsen en ik mijn groene oerwoud weer heb opgefleurd met heel veel gekleurde vlijtige liesjes, donker-roze petunia's en een héél grote blauwe hortensia in een bloempot op een boomstam.
Dat het grappig is om daar E. en zuster R. tegen te komen, de laatste voor mij eerst onherkenbaar, niet in habijt en met een nieuwe bril op en dat ik dan bedenk, hoe gestructureerd het kloosterleven is, hoe elk uur benut is en hoeveel je daarin dan kunt doen. Zoals nu: nog net geen uurtje naar het tuincentrum, en dan weer terug zijn voor de Vespers.
In mij zit een aardig voorspelbaar ritme van rust en werken, lezen en mediteren. En dat laatste op welke wijze dan ook: steeds maar in de tuin dorre bladeren wegvegen, kan daar ook bij horen. Of languit liggen in de zon. Of wandelen, of... De tijd op Terschelling leert me opnieuw dat ik het heel fijn kan vinden om alleen te zijn, dat ik wel een kluis zou willen voor in de winter: een kleine ruimte met alleen een bed, een tafel, een houtkacheltje... Mmm... Trouw zijn aan een innerlijk ritme, want dat is het, als eb en vloed.
Ik zou me daar aardig bezig kunnen houden. Wanneer er een internetverbinding was, zou ik wellicht juist heel veel blogjes gaan schrijven en alles rapporteren wat een 'Passiebloempje' voor me zou zijn.