Ik moest mij haasten, want ik zag de sneeuw zienderogen om mij heen verdwijnen. Wilde ik nog een ‘sneeuwwandeling’ maken in het bos, dan was het racen tegen de klok. Gisteren was ik al verguld met de vier primula’s die ik op strategische zichtplaatsen, met ijskristalletjes zag. Primula is voor mij dé eerste lentebloem die ik koop, al jaren en jarenlang en met de mengeling van een sneeuwig bos eromheen, brengt mij dat in een tijdscapsule van studentenkamer, naar stadstuin en nu in het bos.
Dat deed ik ook met de mengeling van boeken, die ik via ‘boekwinkeltjes’ goedkoop had aangeschaft. Dat begint dan met één boek dat ik gericht zocht, en omdat de verzendkosten dan hetzelfde blijven bij een grotere bestelling, kijk ik in het gehele aanbod. De eerste drie delen van ‘Y, The Last Man’ van BrianVaughan, elk voor 6 €! Over een wereld, die nog maar één man heeft. Een ander deel vond ik ooit in de oertijd bij ABC, American Book Center in Amsterdam. Dé boekwinkel sinds mijn puberteit, die mijn wereld expandeerde. Ik wist nog niks van graphic novels maar zag een verhaal waar ongeveer alleen maar vrouwen in waren afgebeeld, snapte toen niet dat in elke ongeveer 22 pagina’s er iets van een verhaaltje wordt verteld met een subplot, want zo is het als eerste beschikbaar, als blaadje in een comic-winkel. Al die blaadjes worden een deel en vervolgens een serie, die vele jaren omspant. Dat blíj́ft het prikkelende aan comics: het gaat meteen over iets zinnigs, er is een korte spanningscurve in heel korte leestijd, terwijl je tegelijk weet hoeveel tijd er zit in het tekenen, het inkleuren, de belettering van het verhaal.
En ik vond de allereerste strips van Peanuts. Zij gaan al mee sinds mijn kindertijd: ik kreeg van opa en oma een groot kleurig prentenboek uit Amerika, waar zij jaarlijks in onze wintermaanden, bij hun zoon en mijn oom Wim, in Californië verbleven. In het Engels, bleek later, maar met de grote platen en het ‘voorlezen’ leefde ik mee met Charlie Brown, die naar een spelwedstrijd ging, in de grote stad, met al zijn vriendjes.
En een boek van Elias Canetti , De Behouden Tong uit die serie van Privé-Domein van de Arbeiderspers, die indertijd als student onbetaalbaar was. Goed gebonden, maar toch als een pocketboek en een a-typisch formaat (11,5cm bij 19,5 cm) dat heel prettig in de hand ligt. Vroeger in de winkel rook je de drukinkt als je het openvouwde. Dat is er na al die jaren, ik heb nu de zesde druk uit 1988, wel vanaf…
Ach, en zo blíj́f ik leuk bezig. Ik weet s’ochtends vaak niet wat ik zal gaan kiezen om mij in te gaan verdiepen. Ik kijk op vanaf mijn iPad: er is geen sneeuw meer te bekennen, alles weer groen. Hé, wacht, het eerste kleine narcisje van het potje binnen, is nu aan het ontluiken, ik zie wat geels.
PS: Ook een leuk spel met de tijd. Dit is mijn babydekentje, die nu op de zijkant van mijn bank is gedrapeerd.