Ik kreeg een vakantiegroet van iemand die er voor het eerst is, met daarop: ’Groeten uit jouw Terschelling’. Dat is zo’n moment dat je je bewust wordt, dat dit zo ís. Dat je er al 25 jaar bijna elk jaar komt. Je zoekt foto’s op, van vorig jaar, want naast Venetië sloeg ik ook dit jaar deze bijna-gewoonte over. Dit heb ik toch wel gemist: om alleen ergens in die wijdsheid te zijn. Niemand, behalve het ruizen van de zee, het ritselen van het helmgras. Landschappen en natuur: ze zijn ergens zó betrouwbaar. Jouw relatie met hen veranderd niet, je blijft er op dezelfde wijze mee verbonden, voelt je geborgen, soms zelfs bevrijd.
Al ben ik er ‘slechts’ één maand geweest, toch voelt New York óók al aan als: ‘mijn New York’. Dus niet alleen de lange tijd, in herhaling dat je ergens komt en geweest bent, geeft die ervaring dat het bij jou hoort. Iets in je zelf en daar heb je geen greep op, laat staan dat je wéét hoe het tot stand komt en wat de ingrediënten ervan zijn, maakt een diepe verbinding: Het wordt van jou, een deel van je innerlijk landschap. Zoals de kabels van de Brooklyn Bridge een net weeft, je draagt, geborgenheid geeft én perspectief…Het is een wonderlijke ervaring.
Dus zowel steden, als landschappen kunnen je iets constants geven. Je kunt jezelf daarin een plek geven, die in zekere zin betrouwbaar is. Zelfs als het landschap verandert of er iets in de stadsplek gesaneerd is en niet meer aanwezig: je doet beroep op je eigen herinneringen en ervaring en je bent daardoor in staat om telkens weer verbinding te leggen.
Kan dit ook met mensen?…De kunstenaar Filipe Baeza, vorig jaar aanwezig op de Biënnale van Venetië, schildert mensen, waar takken, bloei, groei uit komt, soms hebben ze geen hoofd of geen benen, maar groeiende natuur. In dit schilderij zie je ook iets van het verraderlijke, het niet voorspelbare wat er in mensen aanwezig kan zijn. Er woelt, krioelt soms ook een wildernis aan emotie, gekke redeneringen en gedachten, vlagen agressie, verwoesting, geweld…Een doornenbos onder de huid, en hoe zorg je ervoor dat daar bloei uitkomt? … Waarschijnlijk is dit de eeuwige menselijke opgave: omgaan met wat ‘het menselijk tekort’ heet.
Dit liedje hoorde ik vanochtend vroeg, en triggerde deze gedachten. Het liedje heet ‘boyfriends’, maar gaat over veel meer dan dat. Het gaat over elke verbinding die je met een ander maakt, die onder je huid gaat zitten. Wanneer dat gebeurt, dan ontstaat er een patroon van wikken en wegen, van verwachting, teleurgesteld worden, weg willen gaan en dat dan toch maar niet…Je doet de poging om op een goede wijze ‘menselijk’ te zijn. ‘Mijn landschap, mijn stad’… een mens wordt nooit van jouw, maar het is wel mogelijk om bij een ander betrokken te blijven, die actief aanwezig te laten zijn in jouw hart. Zelfs als die ander onbetrouwbaar is, niks meer van zich laat horen, vertrekt. Niet die ander bepaalt jouw verbondenheid en inzet, die bepaal je zélf.