zaterdag 27 maart 2010

Iep!

Wat een geluk dat ik zoveel flarden van het Requiem van Fauré, voor het eerst zo onvoltooid en onverwachts gehoord heb uit het orgel van de prachtige kleurige Willebrordkerk in Utrecht. (zie blogje 'Overal en nergens', maart).Van vriend E. weet ik nu dat het ongeveer de aller-orthodoxte kerk van Nederland is, waar de Tridentijnse mis, de oudste Latijnse mis, ingesteld in de 16e eeuw bij het concilie van Trente, in volle glorie wordt opgevoerd. Typisch eraan is dat de priester voor het allergrootste deel gedurende de hele mis met zijn rug naar de kerkgangers staat.

Soms, zoals bij het welkom keert hij zich wel even naar de kerkgemeenschap. Elk gebaar is natuurlijk vervuld van heilige symboliek. Ik juich het alleen maar ten zeerste toe, dat juist in zo'n intieme kleurige kerk zo'n mis 'opgevoerd' wordt. Het present stellen van het Heilige heeft ook iets van theater, de gewelven van de kerk als coulissen en decor. Dat nu voorgoed in mijn geheugen, dit Requiem van Fauré verankerd is aan dit decor, dat is een cadeautje.

Ik heb het deze week enige keren beluisterd. Wat een mildheid aan klanken, wat troostend, zoet, weeklagend... en het orgel is sindsdien voor mij ook een soort levend ademend organisme geworden. Dit besef wordt bevestigd door de cd van Aafje Heynis met geestelijke liederen: Auf, auf, mein Herz, mit freuden, die ik vorige week in mijn aloude muziek-ontdekwinkel Concerto te Amsterdam kocht. In het begeleidend boekje wordt aandacht gegeven aan het Dalstein & Haerpfer-orgel in de Adventskerk te Amsterdam, dat haar op deze opnames uit 1959 en 1965 begeleidt en sinds 1989 is opgeslagen.

Hoe een goede context als een huis is die je aandacht stuurt naar precies de juiste sofa om aan te liggen en je over te geven. Gisteren gebeurde me precies het omgekeerde bij het bekijken van de film Iep! Over een heel klein vogelmensje dat bij twee kluizenaarsachtige mensen neerstrijkt en uiteindelijk weer uit vliegt. De film is onderwerp van een rel: de regisseuse en bijna de totale cast hebben zich van de film gedistantieerd omdat de producent een kwartier film weggesneden heeft.

Ik kwam bijna depressief uit de bioscoop. De film heeft prachtige beelden, er wordt heel poëtisch, ingetogen en toch heel expressief geacteerd, dat filmmateriaal was er natuurlijk gewoon. Maar je voelt aan alles dat het ergens niet klopt. Dat het innerlijk verhaal teniet is gedaan en er een soort krassende ruis, als een tikkende plaat die telkens een stukje overslaat voor in de plaats is gekomen. Shotje hier en shotje daar en dat alles omdat het publiek van tegenwoordig de aandacht niet zo lang kan vasthouden, aldus de producent.

Het is allerakeligst dat deze mentatiteit het wint van de visie en de integriteit en creativiteit van de oorspronkelijke makers. Ik zie het overal om me heen. De ziel die geschonden wordt in drukte en een te snelle tijd. Macht en hebzucht en geld die de boventoon voeren. Een fladderende ziel die iep!, iep! iep! piept en bijna niet gehoord wordt en rustig ademend kan leven.