maandag 22 maart 2010

Treinconversatie

In de trein kun je van die leuke gesprekjes hebben. Tegenover me kwamen twee echtparen te zitten, vers van ergens van het Brabants platteland. Mevrouw 1 , met grijzend permanentje, maar wie weet gewoon wel een iets oudere leeftijdsgenoot, was heel snedig en gevat. De trein maakte een alternatieve route en man van echtpaar nr. 2 zei: ' Aha!, ik weet wel waar we zijn, we zitten in de buurt van Naarden. Nou , zei ze, ' ik niet hoor, ik ben hier in de trein en nergens anders, waar jij zegt dat je bent, daar ben je helemaal niet, jongen je moet toch eens leren opletten!'

Iedereen lachen, zo ook het meisje naast me op de bank. Die moest op de minuut exact in Alkmaar zijn en dacht nu te laat te komen. 'Maar ja, je moet ook niks op de minuut af willen' zo corrigeerde ze zichzelf. Ze vroeg aan mij waar mijn wortels lagen. Ik zag mevrouw 1, al klaar voor een gevatte opmerking, haar ogen glinsterden ervan, maar haar nieuwsgierigheid naar mijn antwoord, kreeg de overhand, dus ze slikte haar woorden in.

'Ik heb Chinees en Indonesisch bloed', antwoordde ik dus. 'O... ik dacht dat je Indiaans was, ik dacht wat leuk, ik kom naast een Indiaan te zitten.' Ik vertelde haar dat men dat wel vaker heeft gedacht en dat ooit in een groep, iemand pas na drie jaar erachter kwam dat dit niet zo was en toen tegen me zei: 'Als je het niet erg vind, blijf je een Indiaan voor mij, ik kan niet meer omschakelen'. Ook dit meisje vroeg of ik dan misschien ook iets had met Indianen; ze zag me er helemaal zitten.

Plotseling kwam de herinnering naar boven, dat ik ooit in een Indianenreservaat in Zuid- West Amerika had gereden en iedereen ineens naar me ging zwaaien en buigen. Van de weeromstuit was ik maar terug gaan zwaaien, knikkend en glimlachend. Dus kennelijk leek ik op een plaatselijke beroemdheid aldaar. Ik vertelde dat. Maar ja, zei ik, 'als ik mijn hoed opzet ( en dat deed ik, want ik moest de trein uit) dan denken sommige mensen weer dat ik uit Bolivia kom.'

'Nou, wel leuk toch, om niet doorsnee te zijn' , reageerde het meisje. En mevrouw 1 flapte eruit: en die hoed staat je heel leuk! We wensten elkaar allemaal nog een heel prettige dag.