dinsdag 17 mei 2022

Gek op egels

Twee jaar geleden, tijdens de eerste periode van de lockdown, toen ik letterlijk alleen maar achter in mijn tuin zat, ook de boodschappen werden voor mij gedaan, waarvoor ik nog altijd dankbaar ben, kreeg ik gezelschap van een egel met haar jong. Ze trippelden weleens voorbij en ik hoorde ze gedurende de dag regelmatig niezen in de bamboe. Achteraf was dat heel opwekkend, realiseer ik mij nu, doordat ik het boek: Gek op egels van Hugh Warwick heb gelezen. Ik wist dat ik niet alleen was, ook al zag ik geen mens.

Dat boek lag hier, ik zou het in de bieb ook meteen meenemen, maar zou er zelf niet opkomen om het te kopen. Dat niezen wat ik hoorde, dat is dus omdat egels hiermee vochtigheid in de lucht brengen, zodat ze beter geuren kunnen opvangen. Hun reukorgaan is voor hen heel belangrijk. Ook leer ik dat egels heel verschillende karakters kunnen hebben. Er zijn er die vriendelijk zijn, andere brutaal, de ene kan heel behoudend zijn en alleen maar in een klein kringetje een dagelijkse gang gaan, maar er zijn er ook die, meestal gedurende de nacht, kilometers ver gaan zwerven, alle richtingen op.

Hugh heeft onderzoek naar hen gedaan, door ze met verf te markeren, maar ook door kleine lichtjes aan ze te hangen. Een leuke anekdote is, dat een vrouw die op het platteland woonde, midden in het onderzoeksgebied, hem smeekte om die lichtjes zo te laten, want zij genoot elke avond van een feestelijke beweging, als een dans, in haar uitzicht, ze kon er niet genoeg van krijgen. Zóveel egels waren er dus actief, zo bleek. Helaas kon Hugh niet aan haar wens voldoen, want elk lichtje kostte best veel.

Het is een heel Engels boek (A prickley affair, my life with hedgehogs is de oorspronkelijke titel en die vind ik al zo’n Britse toon hebben), waar Hugh de liefde voor de egel, die door het gehele Verenigd  Koninkrijk en ver daarbuiten aanwezig is, ook verklaard door Beatrix Potter waar Mrs Tiggy-Winkle, een egel, een van de persoonlijkheden is. Toevallig kwam Beatrix Potter, die ook wetenschapper blijkt te zijn, ook bij mij onlangs binnen, omdat op de eerste pagina van Peter Rabbit, moeder konijn haar kinderen waarschuwt om voorzichtig te zijn omdat hun vader immers eindigde in een stoofpotje. Wég was mijn beeld van zoetsappigheid van deze dierenverhaaltjes, het betrof hier een weduwe met haar kinderen.

Andere leuke weetjes die me nu zijn bijgebleven, zijn dat Brian May, de gitarist van Queen, ook een grote egel-fanaat is, zelfs op het activistisch af, terwijl deze ook astro-fysica heeft gestudeerd. En John Taw, de acteur die Inspector Morse speelt heeft ooit een heel grote donatie aan de egel-organisatie gedaan, op aanvraag van een vrouw, die dat spontaan deed, omdat ze het idee had, dat John Taw vast wel een aardige  man was. Tot haar verbazing kreeg ze ook een uitnodiging voor zijn begrafenis.

Maar de mensheid blijkt omtrent egels héél verdeeld: er zijn er ook die ze als ratten zien, die alles vernielen en opeten, met name de eieren van vogels. Op één van de Orkney-eilanden is een ware hetze tegen ze ontstaan, met een prognose dat er wellicht 10.000 egels op het eiland waren die de variëteit aan vogelsoorten drastisch had doen dalen. Uit onderzoek bleek dat er eerder 500 egels op het eilandje waren en dat de vogelstand waarschijnlijk zo gedaald is, omdat er aan de kust aan overbevissing werd gedaan.

In Nieuw Zeeland zijn egels heel opzettelijk geïntroduceerd in het eco-systeem. Dat je konijnen en herten introduceert kun je begrijpen, voor de jacht en de eetbaarheid. Alles in Nieuw Zeeland komt van ‘overseas’, zoals men het daar noemt, en tot mijn verbazing groeien er daar dus gigantische grote dennenappels van 15 cm,  puur door het andere klimaat, maar ze zijn oorspronkelijk klein, uit de Europese bossen. Maar waarom de egel? Alhoewel die ook wel gegeten worden, daarover wordt al geschreven in de 17e eeuw. Hugh Warwick geeft als verklaring, dat het pure liefde is. Men is gehecht aan de eigenzinnigheid en zachtaardigheid van dit wezentje en immigranten wilden een thuisgevoel creëren aan de andere kant van de wereld.

Egels kunnen best veel lawaai maken, dat klinkt als gepraat en gestommel, veel mensen hebben loos alarm naar de politie gedaan omtrent inbrekers, en bij mij kwam de herinnering terug, dat ik in die lockdown lente-zomer ook vaker wakker was geworden, wat klonk naar mensen vlakbij. Ik dacht erbij: dit zijn geen inbrekers, want die zouden stiller zijn. Tegelijk wist ik dat het ook geen jongeren waren in het gangpad, want ik hoorde geen gelach. Pas nu weet ik dat het die egeltjes waren, want hun nest zat in een  hoek verstopt, onder mijn tuimelraam, in de donkerte van de zware overhangende bruidsluier, die nu verdwenen is.

Egels kunnen héél slordige, bijna tijdelijke nesten bouwen of héél degelijke met zelfs iets van klimaatbeheersing. Die in mijn tuin was vast iets van tijdelijke gasten. Of het was een extra buitenverblijf. Want ik wist al dat een buurvrouw verderop al jarenlang egels in haar tuin had, die ze ook voerde met kattenbrokjes. Toen ik haar onlangs even sprak, begon ze eruit haar zelf weer over. 

Mijn liefde voor egels dateert uit 2011, zie ik terug in het blog. Aangestoken door U. uit Dresden, die in zijn volkstuin in Dresden een egel-onderkomen had gebouwd. Dat heb ik ook nog geprobeerd in mijn achtertuin, maar een egelfamilie bleef uit. Doordat ze al bij die buurvrouw woonden, bleek. Toen vond ik Knuf, de egel bij een boom in het Goffertpark op Koninginnedag. En Knuf kijkt mij nu elke avond aan, in mijn bedje in het boshuisje. Zo is de liefde bij Hugh Warwick ook begonnen. Hij keek een egel direct in de ogen en viel toen, als een blok.