donderdag 26 mei 2022

Natuurbegraafplaats

‘Voor wie moet je daarheen?’, vroeg de man die met zijn iPhone die aan zijn fiets bevestigd was, mij via het schermpje aanwees, dat het nog 9 minuten fietsen was, en dat ik dat nog net kon halen, want het zou er om 17u sluiten. ‘Hoe kan dat nou?!’ dacht ik hardop, ik had nog op de website gekeken en kon niks vinden over openings- en sluitingstijden. Hoefde ook niet, dacht ik erbij, het gaat om een natuurbegraafplaats, dus het zal wel altijd toegankelijk zijn. Bij aankomst bleek dat de receptie wel open en dicht ging, maar ik kon vrij gaan wandelen. 

‘Voor mezelf!’, had ik geantwoord. Iemand had me ooit gevraagd of dat niet iets voor mij zou zijn, om daar begraven te worden, dus, om de nieuwe fiets wat uit te proberen, nu kon het nog, want zaterdag ga ik weer naar Hoenderloo, leek dit mij een prima bestemming. Even kijken of de sfeer mij bevalt. Niet dat het mij wat uitmaakt wat er met mijn lichaam gebeurt na mijn dood, ‘Gooi mij maar in de klikobak’: aan die woorden denk ik dan altijd, ze zijn van R. een vrijwilliger in één van de wijkcentra, die ik goed leerde kennen. Dus je doet het omdat je dié aarde de mest die je wordt gunt, en de organisatie eromheen het geld om de omgeving goed te beheren, en de nabestaanden die de uitvaart moeten regelen, een puzzelstukje minder, als je dat deel al geregeld hebt…

Welnu: ik wil daar niet liggen, op de natuurbegraafplaats bij het landgoed van de Mookerheide. In ‘oosterse-zweverige’ termen: de Feng-Shui voelde niet goed. Het bosterreintje is ingesloten door het rommelige dorp Molenhoek aan één kant, het slot Mookerheide dat in revisie is, ernaast, de Heumense en Mookse schansen; verdedigingswerken uit de 17e eeuw, en een tuin- en kassencomplex, ook in een hernieuwde fase, meeliftend dat het nu erg in is om nu biologisch geteelde dingen te eten en te genieten, je kon in de ochtend anderhalf uur langs komen, voor eventuele oogst. Die natuurbegraafplaats leek hier erbij geplakt te zijn, dwars door een jog- en wandelgebied, je mocht er ook doorheen fietsen en overal hoorde ik iets van een tractor en vaag verkeer.

Ik zag nergens tekens van graven, dat zou dan eenvoudig op hout gegraveerd zijn, wel jonge bomen her en der, die kon je op aanvraag en een meerprijs bovenop je laten planten. Dus onder elke jonge boom ligt wellicht, in een verder rommelig, glooiend en met kuilen gebied, een mens. Enkele paden gingen een donkerder bos in, ik vond het wat ‘unheimisch’. Terwijl je op de omgekeerde ervaring hoopt. Er waren twee plekken met zeilen ‘taupes’, heet dat geloof ik: tent-achtige overkappingen met eronder houten bankjes van boomstammen en een kisten-katheder, waarschijnlijk om daar een viering ofzo te kunnen houden. Daar moeten de nabestaanden  dan wel naartoe kunnen hobbelen en zitten zonder zitcomfort. Waarna het lijk naar de plek gebracht wordt om je in de grond te stoppen, die plek kun je zelf nu al uitzoeken en vastleggen. Ineens dacht ik, dat ik het misschien wel net zo gezellig vind om gewoon naast elkaar, met Jan en allevrouw aan de rand van de stad te liggen. Want als nabestaande vind ik het ook wel iets troostends hebben, zo’n begraafplaats, dat je ziet dat er zoveel mensen rouwen om die er niet meer zijn, van alle leeftijden en er zoveel graven verzorgd worden…

Enfin. Een natuurbegraafplaats blijft mij ook wel aanspreken, omdat het natuurlijk (!) wel het milieuvriendelijkst is. Ik kwam er ook eentje tegen ergens rondom Hoenderloo, op de Veluwe. Mocht ik nog een tijdje leven in mijn boshuisje, dan is deze omgeving misschien een betere plek. Ik zal er eens  op onderzoek gaan. Ook raar, dat je op een leeftijd bent gekomen, dat het passend wordt, dit alvast te regelen…Het motto en de wens bij leven blijft dat sprookjeseinde: En ze leefde nog lang en gelukkig.