Want zó erg was het wel: ik heb vorig jaar geen ene keer meegemaakt dat ik vroeg in de ochtend, net als de zon boven de bomen komt, geniet van de eerste warmte en langzaam het bos elke dag wat groener, met een dichter bladerdak zie worden. Het is een heerlijk begin van de dag. Maar vanochtend kon ik voor het eerst mijn gezicht niet meer wassen in de waterbak. Al het water is op. Voor het eerst dus, sinds bijna een jaar, geen druppel meer. Vorig jaar heb ik enige dagen in de zomer wel wat kraanwater gebruikt om de moestuinbakken te begieten, maar wel om ook een laagje water over te houden in de bak voor het wassen van mijn gezicht.
Dit is dus mijn directe ervaring van de droogte, dat nu al een landelijk thema is. Maar zolang er helder drinkbaar water uit de kraan komt, blijft het in een moderne geciviliseerde samenleving een probleem op afstand, tot nu toe alleen voelbaar als je de tuin niet meer mag besproeien. Maar nu las ik al de optie dat men de bevolking moet aanleren, dat elke dag douchen niet nodig is. Mijn watersysteem gebruik ik voor de afwas, de handwassen en ik kook met regenwater mijn eten. Dus ik had een ‘extreem laag watergebruik’, zei H. toen ze het kwam opmeten. Eigenlijk is het streven om het water uit de kraan alleen maar te gebruiken voor een douche, en dat lukte dus.
Vorig jaar maakte het mij niet uit dat het koud en nat was, want ik genoot van alles wat er voor de eerste keer was, rondom mijn boshuisje. Donker lenteweer was toch ook beschut binnen, omringd door bomen. Maar buiten was het nog niet fijn, zozeer zelfs dat kamperen niet te doen was, waardoor het uiteindelijk huizenruil werd met I. en J. van de boerderij in Kranenburg. I. heeft trouwens pas haar website de lucht in gegooid, als je googelt op ‘Ingrid M Geerdink’, dan kom je er. Het is mooi om al dat werk nu bij elkaar te kunnen zien, en dan komt er één werkelijkheid nabij, waar natuur, verborgen leven, verwondering om al het kleine dat groots wordt, licht en donker, en nog veel meer, met elkaar gaan communiceren. Deel van de inspiratie komt van het leven op de boerderij en heel binnenkort ga ik er weer op kat en moestuin passen. Dan loop ik weer in een bedauwde moestuin met beginnend groen; ook daarvoor spring ik als de ochtendzon naar binnen kiert, meteen uit bed.