Zou dit ook een beetje een zelfportret kunnen zijn? Een schilder waar op het tafeltje voor hem de richting wijzers op de grond vallen, een tuimelaar ook wegglijdt, maar een slak kleverig en langzaam gewoon de afgrond in kan kijken, zonder ooit te vallen? Terwijl de kunstenaar zelf zijn evenwicht probeert te bewaren, gadegeslagen door ook een man met rudimentaire mottige vleugels, in de rug het vuur en een slang of staartachtige liaan? De schilder heet dan Neo Rauch.
Het is een scène uit een veel groter schilderij, wel twee meter hoog en vier meter lang. Veel schilderijen zijn meer dan levensgroot. Ze laten zich lezen als een ‘graphic novel’, het verhaal mag je zelf maken. Twee omgevallen richtingwijzers op de achtergrond, kiest deze man dan toch voor het veilige burgerbestaan middels een huwelijk? Maar het speelt zich wel in een tent af, en wellicht dragen dezelfde man en vrouw later weer hout, naar vulkanisch vuur in de krochten van de aarde. Al staan twee onberispelijke mannen in het wit daar dan weer bijna keuvelend in te poken, dat wel weer.
In meerdere schilderijen op deze tentoonstelling komt die vallende richtingwijzer voor. Er speelt ook vaker een vrouw mee, die ergens het pleit beslecht? Een man met een luidspreker is in de beeldtaal van Neo Rauch een slechterik, iemand die niet kan luisteren of open staan, vol van eigen meningen.
En hier is er een reusachtige tuimelaar, aangestuurd door een mensje, die misschien het lot gaat bepalen van de persoon (genderneutraal?), die wankelt op een krat. Wil de ongeschminkte pierrot hem misschien omduwen? En is het een schilder die alles vast wil leggen? En verrijst er een vrouw uit een pot of zak? En kijk, helemaal in de diepte is daar weer een richtingswijzer, op een toren.
Alles heeft ook de sfeer van onrustige dromen, het zoeken naar evenwicht, surreël soms, en zich afspelend in een ander tijdsbestek. Beginnende industrie met rokende pijpen. Neo Rauch is in 1960 geboren in de DDR en woont nog altijd in Leipzig. Misschien komt veel ook voort uit die, misschien wel beleefde groteske, verandering; de Wende. Zij zaten nog in de bruinkool, het Westen kreeg al centrale verwarming. Zij kenden geen kleurenfoto’s, geen mode, geen design, enzovoort. Bovenstaande is zijn favoriete schilderij van de tentoonstelling; Der Würzel, het gaat volgens hem zelf over goed en kwaad. Té eenduidig misschien, geeft hij er als kanttekening bij. De ratachtige man met de luidspreker is het kwade. De vrouw, die aan de goede kant aanwezig is, nestelt zich wulps tegen de wortel aan, die op een hoorn is gaan lijken. Dat zij er zo ineens was, was ook voor Neo Rauch verrassend.
Als hij er dus één moet noemen, want ze zijn hem allen dierbaar. Goed voorstelbaar als je hem ziet schilderen op een keukentrap. Alsof hij een deel is van zijn eigen tafereel. Alles dat onder zijn handen ontstaat, maar figuren kunnen ook weer verdwijnen, tot hij de onbestemde tijd stilzet en dat is wat wij zien.
Gisteren ben ik gaan kijken, op de een na laatste dag in Zwolle, in De Fundatie. Neo Rauch: schilder, dromer, verhalenverteller in dienst van jouw eigen verhaal.