De familie kwam sinds lange tijd weer bij elkaar. Eerst een wandeling vanaf station Driebergen-Zeist, daarna een etentje. Ik ben met de trein ontelbare keren langs dit station gekomen. Er blijkt een mooi, hobbelend natuurgebied met bos te zijn met enkele vennen en een schaapskooi. Fijne gesprekken met nichtjes: dat ook in hun generatie zij meemaken niét voor Nederlandse aangezien te worden, terwijl ook hun ouders in Nederland geboren zijn. Vormen van subtiele discriminatie…Een nichtje zei, dat het toch wel apart was, hoe zij in haar andere familie het enige ‘bruintje’ is tussen de witten en nu allemaal soortgenoten om zich heen had.
Ik miste Broer, die anders voor het eerst had kunnen profiteren van een geldpot die wegens zijn inspanningen rondom de erfenis van mijn ouders was ingesteld. En het bleek, hoe familietrekken door de generaties lopen, tot en met het heden. Een nichtje noemde de familie ‘ingewikkeld’, maar samen kwamen we op het woord, om deze ‘complex’ te noemen. Want complex kan alle kanten op, het duidt ook op variëteit en veel potentie.
Ik denk nu aan het liedje, Familytree van Venice, dat op Moeders uitvaart werd gezongen. Zo is het: de familieboom zal altijd blijven groeien.