zondag 16 december 2018

De olifant van Amber Fort

Vanochtend gewekt door het gezang van de moskee hier vlakbij. Gezang: zacht lokkend, zoals ik me kan voorstellen dat God je lokt... We gingen naar Amber Fort, het paleis in de bergen, 10 kilometer buiten Jaipur. Opnieuw was ik verrast: daar was het in een lichtgele gloed van de ochtendzon met een kunstmatig meertje eronder, het waterreservoir van dit grootse verblijf van maharadja’s, in vier verdiepingen tegen de berg gebouwd vanaf 1592. Het geheel is omgeven door een 11 kilometer lange muur, die aan de Chinese muur doet denken, over de kammen heen slingerend.

En toen raakte ik ontroerd. Ik zag olifanten in rode kleden de verdiepingen op sjokken en wist nu dus, dat dit de plek is waar Vader en Moeder ook geweest zijn. Ze zitten beide op een olifant en ik kreeg een zelfgeschilderde afbeelding ervan door Moeder. Het was een van de laatste wensen van Vader, zo leert het vervolg, dat zij dit voor mij zou schilderen. Want ik spaarde olifantjes, door Vader ooit zo besloten. 

Moeder was eigenlijk niet tevreden met het resultaat: zij zelf zijn wat knullig afgebeeld, Vader alleen herkenbaar door een petje en zijn stok en zij als een oud omaatje in een gebloemd jurkje en het was niet goed gelukt om de boom op de achtergrond goed weer te geven, vond zij zelf en dat klopte wel.Nu zag ik hoe fijn en klein het blad ervan was. Wat ze wel goed vond gelukt was het rode kleed met blauw, geheel langs de flanken van de olifant, waar de draagstoel op was bevestigd. Met hulp van haar schilderleraar, die haar ook de tip had gegeven om hiermee te beginnen en de olifant erom heen te schilderen, daarom was de olifant ook nog wel aardig geworden.

Oef, dat krijg je als je in opdracht van een ander iets moet doen... Vader was erg blij om het te kunnen geven, Moeder bleef er wat zuinigjes over. Was het hun laatste reis samen? En dat ik nu onverwacht exact de plek ontdekt heb van deze olifant...

Erna gingen we naar een batik en tapijtenfabriek. Gerund door de regering, waardoor het grootste deel van de prijs naar het dorp zou gaan waar het tapijt gemaakt was. Ik had er bijna een blauw handgeweven tapijt van kasjmier-wol gekocht met de motieven van de ramen van het roze palace of the winds. Ik had lol in het afdingen, maar was me ook bewust dat er sentiment meespeelde, omdat Vader van afdingen hield en omdat een souvenir  van deze plek van ‘de olifant uit Rajasthan’ zo noemden mijn ouders het schilderijtje, mij mooi leek. Dus toen het niet lukte voor mijn bodemprijs, was ik ook tevreden.