zaterdag 13 februari 2010

Familiegeschiedenis

Voor de boekenclub heb ik in sneltreinvaart, maar met toenemende aandacht Het Pauperparadijs van Suzanna Jansen gelezen. Het is haar eigen familiegeschedenis die ze traceert en beschrijft, van het Drentse Veenhuizen naar de Amsterdamse Jordaan. Als ik met zo'n soort boek begin, ben ik me altijd bewust dat het niet mijn geschiedenis is.

Er gaan geen oorspronggenen kriebelen, mijn familiegeschiedenis gaat niet verder dan mijn grootouders en het verhaal dat hun ouders uit China naar Indonesie zijn geëmigreerd. Ergens was er een timmermansclan van vaders zijde die bij een rivier woonden en vier zonen zijn de wereld ingetrokken, naar Singapore, Amerika, Australië en Indonesië, dat is alles wat ik weet. En van moederszijde is helemaal niks bekend.

Het boek beleefde dit jaar zijn 31-ste druk en ik begrijp wel waarom: ze schrijft , dat iedereen wel ergens moet kunnen aansluiten bij dit verhaal. Het begint in het Drentse Norg, in haar verhaal een afschrikwekkend oord van armoede, maar Norg heeft bij mij een liefelijke associatie, omdat de ouders van P. hier hun eerste dominees zendingplek hadden. Ja, pure armoede, water moest uit een put gepompt worden, maar o, zo gelukkig. Maar dat was een domineesgezin en Drente was voor 95% protestant.

Dan de beschrijving van het dienstbodeschap van haar grootmoeder in Amsterdam. Hoe je als vrouw geheel ingekapseld was, een moderne slaaf, zonder vrije tijd, afhankelijk van de grillen en grollen van de gegoede familie, waar je inpandig was. Nu begrijp ik het verhaal van mevrouw S. ineens veel beter, die uit dezelfde generatie kwam en ooit vertelt heeft hoe ze als meisje jarenlang seksueel misbruikt was door de dominee, maar niet weg kon.

En het verhaal over de kloosters waarin het in ieder geval mogelijk was om een dak boven je hoofd te hebben, wat eten, hygiëne. Een overzichtlelijke wereld, net zoals die van de armenbedeling, maar met status. Ik dacht aan de oude Capucijnen, die met emotie konden vertellen, de armoe van thuis te zijn onstegen en de vele treden omhoog die de familie dan als geheel maakte, op de maatschappelijke ladder. Logisch dat roeping en spiritualiteit bij sommigen maar een heel kleine rol speelde.

De standenmaatschappij en de scheiding tussen katholieken en protestanten en hoe echte armoe je tot uitschot maakte; ik wist niet dat nederland zo'n standenmaatschappij was! Zelfs haar ouders waren bijna niet getrouwd omdat haar moeder er armoedig uit zag: het bleek de enige jurk te zijn die ze had, vertelden haar ouders in hun moderne serviceflat, ze kon zich niet in een andere gedaante voorstellen aan de ouders van Suzanna's vader.

Ik begrijp de drive en de vanzelfsprekendheid van werk en carrière van mijn eigen leeftijdsgenoten ook ineens veel beter. Alle autochtone Nederlanders delen die geschiedenis: waar Drente het Siberie was van het noorden en overgrootouders in de modder op de koude grond woonden en alleen hard werken je de mogelijkheid gaf om op te schuiven naar een andere plek in die samenleving. En dan dat verdomde geloof, dat nog eens een extra scheidslijn in de Nederlandse samenleving legde, logisch dat velen daar nu definitief van af willen.

Ik realiseer mij, dat de familie van mijn ouders in ieder geval helemaal niet tot de armoelijders hoorden. Integendeel: hun referentie en gesprekspartners in een koloniaal Indonesie, waren de kerk en het burgelijke establishment. Er zijn foto's van grootvader aan moeders zijde die sigaren aan het roken is in een tropenpak met hoge geestelijken aan wie hij zijn handbesneden houten meubels leverde. Zijn grootste meubelzaak in Surabaya heette Toko Liberty. En aan de ander zijde had mijn grootvader de hoogst bereikbare functie voor een 'inlander' in het koloniale onderwijs. Ook daar foto's van mijn oma als exotische schone in sjieke jurken in een tropische galerij.

Al die ingrediënten hebben mij weer gemaakt tot wie ik ben. Geen wortels in Nederland, al is het wel dankzij de katholieke kerk dat Moeders in Nederland is komen studeren. Rechtvaardigheid als belangrijke waarde meegekregen, maar wel vanuit koloniaal perspectief. Geen negatieve associaties met armoe, dus zelf nooit bedacht dat het van belang zou zijn om iets hoogs te bereiken op de maatschappelijke ladder. Enzovoort.

Knap boek, van Suzanna Jansen, dat het zelfs voor iemand met een totaal haaks staande familiegeschiedenis, zoveel nieuwe uitkijkjes levert.