donderdag 4 juli 2019

Zonder familie?

Wij leven dus in een maatschappij waar de eenzaamheid onder ouderen zo groot is, dat de minister zich ertegen aan bemoeit: er komen billboards bij de snelwegen om ons eraan te herinneren dat het zo is, en wellicht een sms op onze telefoons die niet alleen zegt dat we nu in het buitenland van onze vakantie zijn, maar of we even aan onze ouderen willen denken... en dan zit daar bij Pauw ook Willeke Alberti die gewoon zegt: ga elkaar ontmoeten, zing de liedjes van weleer, ga dansen met elkaar: voor jezelf want daar word je blij van...

Maar we zijn niet meer zo geprogrammeerd, we zijn ingesteld op het eigen plan of programma van het uur, de dag, de week, het jaar, we zijn ‘geïndividualiseerd’ , zoals dat dan heet. Wat niks meer wil zeggen, dan dat we niet mee willen en kunnen luisteren: niet naar een ander, maar ook niet naar al het andere waarin onze geest leeft: het eigen lichaam, de natuur, het gaan en komen van subtiele bewegingen van een zuchtje wind naar een razende storm en wat dat met je doet, hoe dat je beweegt, je stil laat staan bij jouw eigen ademhaling waarvan je leeft.

Dus je zit in je coconnetje en je graaft je in. Als je jouw eigen prachtige plannetje voor de dag of de maand of het jaar maar haalt, dan ben  je succesvol en mag je van geluk spreken: we vertellen elkaar dus wat we doen, wat we gehaald hebben, wat de volgende stap is... Maar leven speelt zich NU af, in elke hartslag en ademhaling en laat die lucht en die omgeving zo helder mogelijk zijn, ook al geeft het weleens een donderslag, wrikt het en wrijft het en al lijkt het voor niks, soms is het nodig om af te wijken van jouw eigen in werking gestelde mechaniek: even zand tussen de raderen om weer bij je zelf uit te komen en niet bij wat je denkt dat moet en goed is.

Ik kwam mezelf in India tegen omdat ik geen enkel plan kon hebben, want ik wist niet wat de dag van morgen mij zou brengen. En juist daardoor ontmoette ik op intense wijze anderen in dat NU waarin je zomaar kunt zeggen tegen elkaar dat dit het enige is wat telt : elkaar nú in de ogen kijken, lachen  naar elkaar, zeggen dat dit goed is, helemaal los van wat er zal komen.

Gisteren kwam ik terecht in het drama wat een familie ook kan zijn. Maar ook dat hoeven we nauwelijks onder ogen te komen want een ieder in een familie kan haar eigen gang gaan, je hoeft elkaar nooit meer te zien, als je dat wilt. Hoe anders als in het oosten, zoals India, waar de familieband ervoor zorgt dat jij in Zuid-India voor hen gaat werken, terwijl zij leven in Nepal, zoals het leven van Wiki door zijn familie getekend is... 

Maar gisteren kwam ik bijna letterlijk in het hart van de familie tussen alles en niets. Er moest voor het allerlaatst in de foto’s gekeken worden en dat terwijl de ontruimers om ons heen alles weghaalden. Daar zag ik hem in een ooghoek lopen met dat bloemstuk met blauwe en witte bloemen in een langwerpig schuitvormige boot, waarover ik het langst getwijfeld heb of ik het mee naar  huis zou nemen, omdat ik het samen met Moeder zorgvuldig had samengesteld voor haar slaapkamer waar zij nu alleen in zou zijn, na het overlijden van Vader. Een bloemstuk vol symboliek: twee grote lelies, twee witte seringen, vijf blauwe bloemen, het aantal van hun kinderen...

Vier van hun vijf kinderen leven al twee en een half jaar onder de tirannie van die ene andere zus, die op afstand elke vorm van pais en vree de nek omdraait, zij gaat volstrekt haar eigen gang in haar eigen wereld. En nu was zij daar plotseling te midden van al die foto’s om nog meer van haar gading te zoeken... ik kwam later binnen, zij waren al meer dan vier uur bezig. Hoe? ... Door ‘netjes’ te blijven, denk ik... Zij wilde een foto hebben waar zij niet opstond, want nog niet geboren. De rest van de familie bij een grote knuffelijsbeer in Burgers Zoo. Wat moet jij daarmee, terwijl jouw motto Afronding met de familie is?! riep ik uit. Dat is het pijnlijke adres waarheen wij haar mails moeten sturen met democratisch gemaakte afspraken, unaniem, waar zij niet bij wilde zijn en waar zij zich vervolgens niet aan houdt.

Dit was mijn donderslag, mijn zand in het mechaniek om in het hier-en-nu te kunnen blijven:  want ja, ik werd kwaad, dat als bron machteloosheid heeft, en het is zó lang geleden dat ik dat werkelijk geweest ben... Ik ben helemaal geprogrammeerd om een ander te begrijpen... maar dit is het hart van de familie, dat nooit een hartaanval krijgt, dichtte ik eens in een sinterklaasrijm aan Moeder. Als surprise had ik een groot jute hart gemaakt, versierd en geborduurd , met cadeautjes voor een ieder erin. De andere zus en broer moesten mij sussen, want anders had zij wellicht een klap uitgedeeld, zeiden ze later tegen mij en dan waren we nog verder van huis geweest... 

Ik blog erover, omdat ik anders niet verder kan met het blog. Het zijn passie-bloempjes en het was ook mijn passie om de gehele familie bijeen te houden. Ik geef dat hierbij op.