Het staat officieël in Kap en Koord, het blad van de Kapucijnen: dat zij het grote klooster in Den Bosch hebben verkocht aan de Franciscanen, dat daar de jongere Franciscanen gaan leven en dat ook de Clarissen onderzoeken of ze daaraan gaan deelnemen. Dus ik vind dat ik er nu wel vrij mijn gedachten over mag laten gaan in mijn blog.
Het bericht heeft mij zeer geëmotioneerd. Wanneer een aantal Clarissen in Nijmegen deze stap nemen, dan betekent dit het einde van de communiteit. Dat maakt me verdrietig. Meer dan 15 jaar heb ik me met hen verbonden gevoeld. Het voelt aan alsof je de bijna-echtscheiding meemaakt van je ouders en daarmee in ieder geval je thuis zoals het was, verliest. Ook dat je er geen invloed op kan uitoefenen: Het raakt je tot in je haarvaten, maar je hebt het maar te accepteren zoals het is. En ook als het niet doorgaat, dan heb je er toch al een tik van meegekregen: de grond trilt op haar grondvesten.
Het verschil is natuurlijk dat ik geen kind ben. Ik heb hier een eigen mening en gedachten over en mij noopt het om te vertrekken. Een van de redenen schijnt te zijn om de toekomst van de Clarissen te waarborgen, want er zijn veel ouderen in de communiteit en aansluiting bij jonge Franciscanen... Je schijnt niet ouder dan 65 jaar te mogen zijn om mee te mogen doen.
Het klinkt mij in de oren als: je sticht een gezin en er worden daarin gehandicapte kinderen geboren. Ga je die dan voortijdig zelf verlaten, om de toekomst van het instituut 'gezin' veilig te stellen? Of is precies dat ene gezin waarin je leeft de plek, met alle haken en ogen, de plek om de veerkracht van het gezin te laten zien en te ervaren dat je daar een deel van bent? En bij zusterschap in een communiteit ben je zelfs als zuster geboren te midden van, en door andere zusters.
Kun je een nieuwe leefvorm: Franciscanen en Clarissen in één klooster, ieder met een eigen cultuur en andere accenten, de ene van oudsher gericht om de wereld in te gaan, de andere contemplatief, zomaar gaan bedenken? Het is iets wat niet de tijd krijgt om organisch te groeien: er is een gebouw dat gevuld moet worden. En dan ook mannen en vrouwen bij elkaar: nog nooit gelukt in de geschiedenis van religieuze ordes, zei iemand mij vanmiddag, een aardige kenner in dezen.
Maar het belangrijkste wat voor mij telt is: hoe kun je eraan denken om iets nieuws te willen beginnen, als je daarmee iets wat er is, verwoest? Tenzij wat er is niet goed voor je was: dan moet je gaan.Maar waarom ben je dan niet eerder gegaan, in plaats van dat het nu afhankelijk is van een aanbod en vraag van de Franciscanen? Een nieuwe toekomst wordt hiermee niet gegarandeerd: een nieuw experiment maakt 'toekomst' juist onzekerder. In het hart, alleen in het hart, zonder bedenkingen en strategieën die met het hoofd gemaakt worden, daar is het antwoord...
Het is iets van deze tijd: snelheid om dingen te willen veranderen, ouderen die aan de kant worden geschoven, denken dat de jeugd de bron van vitaliteit is. Het is van alle tijden: nieuwe leefvormen uit proberen en de oude willen verlaten. Het is van alle tijden: dat mensen elkaar pijn doen, om zelf vooruit te kunnen...
Voor mij betekent het dat ik de begeleiding van de leesgroep over het Testament van Clara neerleg. Omdat ik niet meer neutraal ben en dat ook niet wil zijn. We waren net aanbeland bij het gedeelte waarin Clara over haar roeping spreekt. Ik vermoed dat de vier zusters die deelnemen daar nu verschillend in staan. Ik vond de variëteit en diversiteit van de verschillende antwoorden die er gegeven werden altijd een rijkdom: als een mooi veldboeket. Maar nu kan ik de bloemen niet meer met elkaar tot een mooie bos samen binden.