Het was een warme bewolkte zomeravond en ik wachtte buiten in de tuin het noodweer af. Er gebeurde aanvankelijk niks, het is dat ik op het journaal had gezien dat de avondvierdaagse in het westen was afgelast, en ik dacht, nou die kinderen hadden rustig hun vijf kilometer kunnen wandelen. Af en toen kwam er een koud windvlaagje voorbij, enige seconden, dat was alles. Pas na tien uur begon ik regen te ruiken. En toen vielen de eerste druppels.
Binnen was daar ineens een schouwspel, de wereld donderde en gromde aan een stuk door en de lucht werd helder oranje en geel verlicht om daarna weer in een inktzwarte nacht weg te zakken. De storm loeide om het huis. Juist ja, dat wil je niemand aan doen om daar in te moeten zijn. Code Oranje van het KNMI lijkt toch juist, hoe kort het ook maar duurde.
En gisteren met de bus, dan zie je dat de grootste schade in de sjiekere wijken bovenaan de stad is ontstaan, want die zijn boomrijk, met oude bomen, Er lage zware takken op de grond, terwijl er bij mij in het parkje alleen wat los blad en twijgjes lagen. Wat was het bevredigend werken in de speeltuin! Kruiwagens vol heb ik bijeen verzameld in een geurend bos en daar lag alles: grote takken met veel blad bruut van de bomen gescheurd, dode korte kale takken, dunne twijgjes, al dan niet met jonge eikeltjes of beukennootjes eraan, losse grote groene eikenbladeren.... Ik vergat de tijd en werkte als een dollevrouw, om het van de ravage tussen de speeltoestellen weer rustig en ruim met zand te maken.
Er waren maar enkele kinderen, Zij zijn zo snel. Ik vind het altijd een bijzondere gewaarwording , om de schommels nog te zien bewegen, terwijl er geen kind in de buurt is. Nee, dat kan niet de wind zijn, Broeder Wind, noemt Fransiscus van Assisi die, ‘door de lucht, bewolkt of helder en in ieder jaargetijde, door wie het leven wordt onderhouden...’ Dan gaat het wat mij betreft ook over levensadem, dat zie je aan de beweging van die schommels, maar ook dus in een bos na de storm en ook weer als ik achterom keek, daar waar ik al geweest was en de speeltuin weer schoon was.
Al bij Aesopus komt het verhaaltje voor, waar een vader aan zijn vier zonen duidelijk wil maken dat zij verbonden met elkaar moeten blijven. Hij pakt een tak en breekt die met zijn handen, Dan pakt hij vier takken bij elkaar en die kun je tezamen niet breken. Ik kende het verhaal als metafoor voor een familie en een gemeenschap uit de Indiaanse cultuur. En toevalligerwijs las ik één van deze dagen dat ook het woord ‘fascisme’ als stam het Latijnse ‘fasces’ heeft, dat roe betekent, dus ook hier het beeld dat je met heel veel kleine twijgjes de wereld schoon kan vegen...
Dat doet de wind: levensadem in de wereld, van een zacht aangenaam briesje tot een brullende vernietigende kracht, maar dan gaat het storm en noodweer heten. Het is dezelfde levenskracht en levensadem in elk mens, samen gebundeld of alleen: zowel vernietigend als niet kapot te krijgen, krachtig en helend.