maandag 25 november 2013

Geluk schrijven

Wat is het toch een geweldig fijne en ook lieve film, die ik weer terugzag: 84 Charing Cross Road, met een jonge Anthony Hopkins als employee in een antiquarische boekhandel in London op het bovenstaande adres, en Anne Bankcroft als Helen Hanff, een aanvankelijk arme onbekende schrijfster die in New York woont, en die steeds succesvoller wordt. De film komt uit 1986, en speelt zich af vanaf ongeveer 1949, tot meer dan 20 jaar later. Zij schrijft een brief met een boekenverzoek: oude Engelse boeken, die ze niet in New York kan krijgen en Frank reageert en correspondeert en vindt de door haar zo verlangde boeken. Aanvankelijk.

Want de correspondentie en het versturen van boeken duurt meer dan 20 jaar en er groeien gevoelens van diepe vriendschap, ook met de rest van het personeel van de boekhandel. Helen stuurt voedselpakketen uit Denemarken, we zitten na de Tweede Wereldoorlog en Engeland leeft van voedselbonnen, vlees, eieren, haricots verts uit blik: het is niet verkrijgbaar. En nylons voor de dames. Zij krijgt met de kerst een mooie poeziebundel, met goud besneden bladen van hen: O! de liefde voor boeken spat van de film af.

De film is een terugblik, op het moment dat Helen de lege en uitgeruimde en opgedoekte boekhandel bezoekt, eindelijk en de laatste zin in de film richt ze tegen Frank, die al dood is, en naar de kijker: Hello Frankie, here I am, finally. Zo bemoedigend. Dat het mogelijk is om in alle ups and downs van het leven zo'n band met elkaar te smeden middels woorden en kleine gebaren. Dat de wereld die boeken je kunnen geven, het opschrijven van gedachen en gevoelens je op de been houden, ja zelfs de kern ven je wereld kunnen uitmaken.

Vanochtend kwam ik een ooit overgeschreven gedicht van Toon Tellegen tegen en daarbij dacht ik: Ja, hierin gebeurt hetzelfde: je kunt jezelf in kaart brengen door woorden en daarbij besluiten dat 'gelukkig zijn' de kern en het middelpunt van die wereld is, ook als het niet meezit en de ervaring ver weg lijkt: ergens blijft wat ooit in alle eerlijkheid is opgetekend, toch, gewoon het meest werkelijk.

Waarom schrijf ik

Ik schrijf omdat ik wil schrijven
dat ik gelukkig ben.

Op een dag zal het zover zijn
en zal ik schrijven -
met mijn tong tussen het puntje van mijn tanden,
en met rode oren en rode wangen
Ik ben gelukkig.

Als ik daarna ooit nog twijfel
en meen dat ik verdrietig ben of de wanhoop nabij
of zelfs reddeloos verloren,
kan ik altijd opzoeken wat ik werkelijk ben:
gelukkig.