Ik zat dik ingepakt naar de volle maan te kijken. De schaduwen van het bamboeblad door de maan op het terras. De echt koude lucht. De maan die hoog aan de hemel stond op een heel andere plek dan een paar dagen geleden om dezelfde tijd. Ik weet niks van de maanstanden. Ik weet niet waarom ik, daar zo zittend, me zo intens levend voel.
De buurvrouw was net weer binnen. Die rookt elke avond voor het slapen gaan een sigaret bij het schuurtje. Zwijgend in het donker. Ik hou me dan ook stil. Ik wil geen woorden wisselen dan. De scherpe nicotinelucht in de frisheid van de nacht. Een ander ademend mens vlakbij. Gescheiden door de schutting en hoge struiken. Ik hou van dat moment.