dinsdag 3 november 2015

Monomaya

Zonet op de dinsdagochtend-meditatie, deze keer in plaats van de maandag, een vrije interpretatie uit psalm 65: 'Is niet de eenzaamheid de gezellin van de stilte? Is de stilte niet een lofprijzing op God?' Al mediterend voelde ik als het ware de stilte in me dalen. Als een lichte glans die me tegemoet kwam. Die me omhulde en mild en zacht maakte. Dit is het ene 'standje' dat telkens, ondanks mezelf terugkeert, waarbij ik wil blijven: de eenzaamheid die de gezellin is van de stilte.

Maar het andere 'standje' houdt ook zoiets aantrekkelijks: gezellig, met mensen samen, lekker niks doen en hoeven, 'chillen' noemt de jeugd van tegenwoordig dat. 'Nee hoor,we doen niet alleen maar dingen op de iPad, een gewoon spelletje kan ook', had nichtje L. me verteld. Dus ik zag in de winkel 'Chinees schaken', in andere woorden heet het Halma, kwam ik later achter, gaf het als cadeautje, en wat leuk, ze hadden het met zijn zessen in de nacht gespeeld.

Het leven als een gezelschapsspel. Dan maakt het alles uit met welke intentie en doel je het speelt. Er zullen altijd, overal, ook irritaties zijn, gekrakeel, dingen waarover je het oneens bent. Wordt je dan elkaars vijanden, ga je elkaar proberen af te troeven, speel je het spel alleen voor eigen gewin? Of is het spel ook een uitlaatklep, een wijze waarop je uiteindelijk gericht bent op het grotere geheel en daarin dan zet voor zet een stapje verder komt?

Halma heette vroeger bij ons thuis Monomaya. Het was een houten spel, gemaakt van authentieke soorten hout uit de bossen van Sri Lanka. Het heette zo, omdat het was aangeschaft in een schattig, oud-Engels land huis in de koele bergen van Sri Lanka, met een prachtige Engelse tuin eromheen.  Er stond een afgehakte uitgeholde olifantspoot als paraplubak. Er was een butler en een kok die de heerlijkste gerechten maakte en alles werd uitgeserveerd. In die droom was ik als kind beland en dat betekent Monomaya ook: een mooie droom.

Monomaya werd  het familiespel,waar ik me kan herinneren hoe je steeds beter werd om ook een weg te maken naar jouw kant, zigzaggend over de  pionnen van de andere heen, soms zelfs het halve bord in alle uithoeken door crossend: Je hebt de anderen nodig om zelf vooruit te gaan. Als het goed en mooi is, dan is er een teer evenwicht tussen eenzaamheid en samen, tussen jezelf en alle anderen. Dat evenwicht wordt teer en krijgt glans in het milde licht waarin je besluit om elk andere te blijven zien. Dan is het leven Monomaya.