donderdag 13 oktober 2016

Nieuw avontuur

De grootste groep mensen in het wijkcentrum zijn ouder en dus steeds kwetsbaarder. Eerst ging R. naar een verzorgingshuis, omdat hij Alzheimer heeft. Een keertje was hij helemaal zijn oude zelf, maar dat was ook ongeveer de laatste keer dat hij hier was.
Een paar weken geleden heeft H. een hersenbloeding gekregen. Hij en L. waren het gezellige, schallende stel, die Papa en Mama riepen over de kaarttafels heen. Of H. riep heel hard: 'Vrouw! wil je nog wat?!' Nu komt L. alleen, direct vanuit het verpleeghuis. De kaartclub wacht totdat zij er is. H. is,  nu hij zich realiseert, nauwelijks te kunnen praten en te bewegen, depressief. Iedereen mist H. Het is hier stiller geworden.

En dan is er meneer S. die regelmatig bij de trombosedienst is. Een heel dynamische, heel vriendelijke lange  man,  met een tropenhoed op en  een internationale carrière achter de rug. Toen hij weer in Nederland kwam wonen heeft hij zich voor een sociale leefbare omgeving in zijn  buurt ingezet en heeft hier ook een lintje voor gekregen. Hij heeft in Afrika gewoond maar ook in Indonesie. 'Selemat pagi!"zegt hij tegen mij en op de een of andere wijze is het zo gegroeid , dat ik altijd voor hem opsta en we elkaar huggen en wat Indonesische woorden met elkaar wisselen.

Maar de laatste keren was hij ineens veel brozer en in zichzelf gekeerd. Hij stak bleek zijn hand op vanaf het tafeltje waar hij naar toe was geschuifeld  en mompelde dat hij ouder en ouder werd. Deze week was hij weer een beetje zijn oude zelf. Hij vertelde dat hij zich die ochtend in het jappenkamp had gewaand. 'Je snapt niet hoe het werkt, iets in het ritme en de zang, ik was er helemaal, ik lag er op de grond'. Het bleek dat zijn vrouw een nieuwe radiozender had gevonden en daar had ineens Japanse muziek geklonken. Het was een onaangename verassing.


'Uh?', vroeg ik, 'ik dacht dat er in de Jappenkampen alleen maar vrouwen en kinderen waren.' 'Ja, dat was ik ook: acht jaar!' O, ja natuurlijk, ik was vergeten dat hij ook ooit jong is geweest. Toen vertelde hij vlug tussen twee zinnen door, dat hem verteld was dat hij dementerend is. 'Maar gelukkig heeft mijn vrouw het geheugen van een olifant! Dan zegt ze: Doe dit, en dan doe ik dat maar braaf! Ha, ha!' Nu snapte ik waarom hij bij de deur niet de juiste knop kon vinden om de deur te openen en eerst op de elektriciteitsknop had gedrukt...

Toen zei hij wel iets moois:' Ik denk de laatste tijd vaak aan mijn vader. Zijn laatste woorden waren: 'En nu ga ik aan het grootste avontuur van mijn leven beginnen! Ik wil er nog best wel eventjes zijn hoor, maar ik hoop dat ik dat dan ook nog kan zeggen: dat ik aan een nieuw avontuur begin.'