Magisch. Vandaag op Clara’s feestdag was het een mooie tijdsbesteding om in mijn tuin me te gaan verdiepen in de Complete Poems van R.F. Langley. Zo zijn de tijden veranderd: ooit reisde ik ervoor terug om in het klooster de vieringen mee te maken, nu zou ik er dus zonder moeite naar toe kunnen, maar ik kan het niet meer... Clara hechtte aan haar tuintje, dus dan maar mijn eigen tuin vullen met gedichten waar stilte en natuur een grote rol spelen.
Tenminste, zo had ik het begrepen uit een voordracht in een boekhandel in Washington, te zien op YouTube van Helen Macdonald. Wat een leuke eigenzinnige vrouw, die in een periode van haar leven het liefst een havik was geworden en geen mens wilde zien. Ze beschrijft dat allemaal in haar boek H is for Hawk, waar ze de grootste en wildste onder de haviken gaat temmen, de goshhawk. Een prachtig boek waarin je heel goed kunt meevoelen hoe het is om met een volkomen ander wezen dan je zelf in een kamer te zitten, de spanning die dat geeft en wat het vraagt om elkaar naderbij te komen en hopelijk iets van een vertrouwensband op te bouwen.
Je weet dat pas als je de havik voor het eerst los laat vliegen: zal deze terugkomen op jouw handschoen? De onderstroom van het boek is het loslaten van haar eigen vader, die haar heeft ingewijd in het temmen van haviken, ze waren maatjes, die plotseling is overleden en de terugkeer uit het land der rouwenden naar de levende werkelijkheid. Je realiseren dat je geen havik bent en ook nooit zal worden, dat was de omslag, vertelde ze. Ze las passages voor, wat een muzikale taal ook, ik kreeg zin om het boek te herlezen. En toen las ze ook een stukje uit een gedicht van R.F. Langley voor en ik was meteen verkocht, dezelfde muzikaliteit en oog voor een klein insect bij een spoorbaan en hoe onoverkomelijk wezenlijk deze observatie wordt.
Dus ik stelde me vandaag voor in gedachten veel op het Engelse platteland te zijn, tussen dieren, groen en stromende beekjes. Even het brein in een andere context brengen, want ik kan er niks aan doen, ik moet steeds aan Venetië denken. Ik was niet van plan om dit jaar te gaan, maar heb ondertussen toch al naar een FlixBus-retour gekeken: niet met het vliegtuig maar over land, langzaam Venetië naderen, lijkt me wel een leuke ervaring, en ik hoef er ook geen weken achter elkaar te zijn... Maar ja, ik kan toch ook wel een jaartje overslaan? Enfin, even maar niet meer aan denken, met de gedichtenbundel op schoot en een Engels woordenboek in de aanslag, om minutieus te gaan lezen.
En toen las ik gedichten en die brachten me ook in Venetië! Nee toch, de eerste keer dacht ik dat mijn verbeelding een loopje met mij nam, dingen invulde die er niet zo staan in woorden. Maar het bleek wél zo te zijn: minstens drie gedichten gaan over locaties in Venetië. En ik was er weer, ook in alle gelaagdheid, zoals Langley dit weet op te roepen: hoe een vrouwtje in het zwart in Il Redentore die naar voren schuifelt je katapulteert naar... tijdloosheid...dat je van alle tijden bent in de schoonheid van die kerk en het water dat buiten stroomt. Exact zo heb ik dat ervaren toen er een oude Kapucijn rondscharrelde en in de bank voor me een rozenkrans begon te bidden.
Magisch. Wel passend bij deze dag van het feest van Clara van Assisi. In je geest gaan allerlei dingen door en leven voort, ook al ben je er fysiek niet bij aanwezig. Nou nog afwachten of dit ook voor Venetië gaat gelden dit jaar, of dat ik desondanks toch ineens mijn koffer en tent pak om er binnen 24 uur in het echt te zijn.