In de zaterdagkrant van Trouw van 26 April staat een bericht wat me erg vrolijk maakt: Kijkwijzer-symbolen blijken verrassend populair bij kinderen!
Kinderen scannen zelf de symbolen af, op zoek naar wat ze willen bekijken.
Ze vinden dat er nog wat symbolen bij kunnen: "hier komen enge dieren in voor" of "pas op, nachtmerries" én" hierin wordt gezoend! "
Het is allemaal te zien op een tentoonstelling Bekijk het maar, in het Insituut voor Beeld en Geluid in Hilversum: duizend, door kinderen ontworpen nieuwe vignetten.
Vooral die tegen nachtmerries vind ik erg effektief: een klein ouderwets ledikantje met een verschrikt gezichtje, 2 handjes boven de lakens en verder zwart, eng, donker, leeg.
Wat me vrolijk maakt, is dat het aantoont dat kinderen veel wijzer zijn dan volwassener denken. Ze kijken alert de wereld in en weten heel goed wat ze wel en niet willen en aankunnen.
Het "niet-zoenen" riep prompt de herinnering in me wakker, dat ik dat vroeger ook maar een vies gezicht vond, dierlijk en de lol er niet van snapte.
Ook een andere herinnering kwam boven: die van de plastic klemmetjes.
Ik paste wekelijks op de peuter van een vriendin. Die was op een dag ineens helemaal into de keukenkastjes.
Ik wilde dus een keukenkastje bij hun open trekken om te kijken of er gevaarlijk spul in zat en dat lukte me niet.
Terwijl Peuter, met haar dikke mollige armpjes en beentjes het nét van te voren open had gedaan! Die had vlak voor mijn neus ALLE kastjes open en dicht gedaan.
Verbijsterd was ik.
Er bleken witte klemmetjes bevestigd te zijn en daar kwam ik alleen maar achter door tastenderwijs de binnenkant van de kastjes te bevoelen.
Voor Peuter hoorde de plastic klemmetjes dus gewoon bij het openen van een deur.
Ze had waarschijnlijk net van tevoren uitgebreid bekeken dat haar vader bezig was om die klemmetjes op de kastjes te schroeven en zo ontdekt dat de, eerst witte muur, kon bewegen.
De opgeworpen barricade was voor haar juist de bron van de ontdekking.
Volwassenen dénken dus, dat ze het wel weten.
Met die plastic klemmetjes hoef je niet meer met je kind te communiceren.
Ze zijn afdoende, klaar uit.
En je dan afvragen, hoeveel plastic klemmetjes je in je hersenpan bevestigd hebt:
Om nóóit meer na te hoeven denken en te voelen.
Om nóóit meer met elkaar te hoeven praten.