dinsdag 11 februari 2025

Huishoudboekje Vader



 Gisteren had ik meer dan 22 uur lang geen internet. De eerste uren merkte ik daar niet veel van, gewoon verder in boeken lezen en s’avonds tv kijken. Géén muziek op de achtergrond, maar dat is vaker zo. Maar daarna? Dan blijkt dat mijn lichaam toch ook aan het internet, of eerder aan de de IPad, vastgeklonken zit. 
Het ritueel om vlak voor het slapen gaan, nog even iets te bekijken op YouTube, verviel. En bij het ontwaken hetzelfde: zó gewend aan onder de dekens een rondje Insta te doen, mail beantwoorden of wegwerken, een blogje te schrijven en daarna de kranten in bed te lezen.
 Het enige wat nu met de IPad kon, was uitgebreid kijken in mijn fotobibliotheek en deze opschonen. En zo kwam ik deze foto tegen: van het huishoudboekje van Vader uit zijn prille studententijd. Zo lang als dat ik hem gekend heb, had hij een volkomen onleesbaar handschrift. Maar kijk hier eens, ontroerend zorgvuldig. Alleen in de een na laatste woorden onderaan zie ik het begin van die draden aan elkaar en op elkaar, zoals ik het heb gekend, ook hier krijg ik niet ontcijferd wat er staat. ‘Filhug. Brechten’, wat is dat? De príj́zen ook, uit die tijd; de huur van zijn kamer bedroeg 36 gulden in de maand.
Op de Zondag zie ik bios staan; dat lijkt me samen naar de bioscoop, elke week met Moeder. En de vaste uitgave van 1,25. In mijn romantische verbeelding, stel ik mij voor dat dit een cadeautje voor haar was.
En dan zijn er intrigerende letters; afkortingen van Iets, opgesplitst in 3 keer en dan vermenigvuldigd met 4.. Wat ís dat? …Ik zal het nooit weten…
Alles was erop gericht om te gaan sparen en maximaal 125 gulden uit te geven. Die specificatie van: brood, melk, boter, muisjes, vlees, eieren. Géén groente, fruit, rijst of aardappelen, rook-of drinkartikelen, wél muisjes en boter. Uit de verhalen van Moeder weet ik dat ze soms een ei met elkaar deelden en zij, als aankomende arts, precies berekende dat ze genoeg vitaminen e.d. naar binnen kregen.Dat zou dan in haar huishoudboekje aanwezig moeten zijn, alhoewel de ene in Leiden woonde en de andere in Utrecht.
Hoe langer ik ernaar kijk, hoe raadselachtiger het wordt. Het lijkt erop dat hij met de berekening van dagelijkse uitgaven, dan 15 gulden in de week kon sparen? O, nee: zijn wekelijkse uitgaven waren dan 15 gulden.
 En hoe ging dat dan? 10 keer in de maand boter, 4 keer vlees, 15 keer brood, melk en eieren, 2 keer muisjes? … 
De tram etc. kost 4 gulden per maand, maar hij ging met de trein naar Utrecht, is het verhaal. Komt hier niet voor. Wellicht verborgen in die letters. Of die vaste uitgave van 1,25. En waarom fietste hij niet? Was dat al de voorbode voor veel later, toen we hem op zijn verjaardag een fiets gaven, die hij vervolgens nooit heeft gebruikt? Of was fietsen toen nog niet zo’n gewoon vervoersmiddel?
Enfin. Een inkijkje in een dagelijks leven van heel lang geleden, dat mij tegelijk ook helemaal ontglipt.