Wat een onverwacht mooie zonnige herfstmiddag is het. Vanochtend was het grijs en grauw en heel vochtig, maar nu heb ik geel blad geharkt in mijn tuintje en genietend van de herfstzon zitten voelen hoe het er nu is, na de snoeipartij. O, er is ineens weer wat meer zon achterin. O, wat donkergroen is die ene hoge, dunne dennenboom in de hoek, ineens. O, het is wel grappig dat ik nu in de voortuin een nieuwe tuinomheining heb, van de dikke boomstammen van de omgezaagde esp. Ik kijk nog eens om, op weg naar het buurtbiebje: dat heeft toch iets on miskenbaars bosachtig, eigenlijk.
En er is één intens roze roos uitgekomen. Die wiegelt tussen de appels aan de takken van de appelboom fier en vreedzaam in de wind. Wat mooi toch, zo'n net ontloken roos! De bloemblaadjes heel dicht tegen elkaar, bang om zich geheel uit te vouwen in de guurte van het begin van november. Maar wel zeer beslist aanwezig: dit ben ik: Nog een keertje verschijn ik voordat de vorst zal komen, dat had je niet gedacht hè, ik ben je nieuwe tuinpresentje!
Natuurlijk begin ik dan The Rose te neurieeen van Bette Midler. Dat is een fantastisch nummer om heel langzaam op te bewegen en te dansen. Some say love, it is a razor... Waarom juist deze woorden uit dit liedje, nu? Het zal het snoeifestijn van deze week wel wezen. Er stond een grote tractor voor. En een houtversnipperraar. En zo'n grote kettingzaag. En de Snoeier die maakte met zijn oorbeschermers op, allemaal mooie houtblokjes voor mijn houtkacheltje achterin de tuin.
En in al dat lawaai en tumult, al dat gedoe, heeft die roos besloten om door te groeien en zichzelf te openen.