Ook de Fioretti-leesgroep hebben we gisterenavond wegens gladheid maar afgelast. Dat was jammer want ik was best benieuwd wat we met zijn allen van dat verhaal gemaakt hadden. Bij eerste lezing zo'n typisch heiligenverhaal, maar deze is in de kern toch uitzonderlijk: Franciscus gaat naar de sultan: de eerste ontmoeting, historisch ook gebeurd, tussen een christen en een moslim, waarvan ook bekend is dat daar sprake was van wederzijds respect.
In dit verhaaltje is het allemaal een graadje overdreven: Franciscus bekeert de Sultan en die wil graag christen worden na de dood van Franciscus. In hetzelfde verhaal trekt Franciscus verder en komt bij een 'lichtekooi', een mooi woord eigenlijk wel. Hij gaat naakt heel dicht bij het vuur liggen, hij verbrandt zich niet en ook de lichtkooi wordt door deze ontmoeting bekeerd. Wat moet men daar nu mee? Leuk, vroeger voor de kloosterlingen om zo'n verhaal tijdens het eten in de refter voorgelezen te krijgen, zoals wij onderwijl een beetje tv kunnen kijken.
Maar voor nu? Tijdens de voorbereiding ben ik het gaan gooien op twee wijzen van communicatie: de ene vol woorden, richting de sultan, de tweede welhaast zwijgend met de lichtekooi. Of het aan zal slaan dat weet ik pas weer in het nieuwe jaar. Ik stootte op een gedicht van Adriaan Morrien waarover ik twijfelde om dat ook in te brengen, maar zal dat niet doen omdat het weer zoveel nieuwe en andere thema's te berde brengt.
Dan maar dit gedicht bewaren in een Passiebloempje. Het geeft zo mooi de continuïteit van het leven aan, vind ik. Het zegt iets over het zacht strijken langs mensen, de natuurverschijnselen en ervaren dat je daar zelf ook een deel van bent en dat iets van wat glans zal blijven:
EEUWIGE JEUGD
Ik zal nooit oud worden, nooit ouder dan ik was
toen ik een kind was, want mijn jeugd is onvernietigbaar.
Mijn angst is nieuw, als toen 'k alleen in 't donker lag,
maar ook mijn blijdschap wordt herboren, iedere dag.
Ik laat een zachte chaos achter als de wind
en een verwantschap met het licht.
Bomen en bloemen zijn veranderd als ik ga.
Ik word een geur, veel vrolijker dan bij mijn leven,
een olie op de schouders van de wereld uitgewreven.