dinsdag 24 mei 2016

Liefheid versus reptielenbrein

Het ging over het jongetje L., dat over het algemeen de liefheid zelve is. Tegen iedereen aardig, behulpzaam, met een gulle lach, hij lijkt lol te hebben in alles, glimmende oogjes. Twaalf jaar, is hij. Nu had hij pas gevochten met een paar andere jongetjes. Werkelijk, hij had uitgehaald met zijn vuist. Zijn moeder vond het wat zorgwekkend, maar zijn tante zag dat L. trots was op zijn actie.

Hoe zit dat nou? Er is die zwaar-gristelijke gedachte dat je de ander altijd de andere wang moet toekeren. Mij lijkt dat ongezond. Het is ook nodig om weerbaar te zijn en dan kan een welbewuste, doelgerichte uitgehaalde vuist heel doeltreffend zijn. Zoals Jezus die ook een keer kwaad is geworden in de tempel. Als de bron van zo'n actie niet ongericht is, niet voortkomt uit welbewust dingen kapot willen maken of pijn willen doen, dan kan het ook de lucht klaren.

Ik dacht aan de cursus van vrijdag: 'Omgaan met agressie'. De cursusleidster deed uit de doeken dat achter in ons hoofd het reptielenbrein zetelt: die is in alle levende organismen gericht op zelfbehoud en zelfoverleving. Alleen mensen hebben voorin hun hersenen iets anders ontwikkelt: daar zetelt het vermogen om na te denken, te overleggen, te wikken en te wegen, een oordeel te ontwikkelen, een weg uit te stippelen.

Wanneer we in stress zijn of ons bedreigd voelen dan reageren we uit ons reptielenbrein. Zonder nadenken volgen we onze impulsen. Als oefening moesten we in een kring gaan staan, en doen alsof we schrokken: O, ooo, help! Wat voel je dan in je lichaam? Dat was meteen duidelijk: je adem gaat helemaal omhoog, je verstard je schouders, je voelt druk op je borstkas, je knieën gaan op slot. Daarna zul je de dingen zeggen en doen, waarvan je 's avonds als je in rust op de bank zit, kunt denken: had ik dat maar anders gedaan, ik had anders kunnen reageren.

Om uit dat reptielenbrein te raken is er maar één ding nodig: heel diep ademhalen en de adem helemaal naar je buik brengen. Dan voel je meteen ontspanning, het voorste gedeelte van je hersens krijgt weer zuurstof, je komt weer bij jezelf en kunt van daaruit iets doen.

Het is dus de basistechniek van de meditatie, die lucht geeft! Diep ademhalen en die ademhaling blijven volgen... Mij lijkt het, dat het jongetje L. op de een of ander wijze NIET vanuit zijn reptielenbrein is gaan vechten, maar uit een gegrond zijn in zichzelf, en dan kan het niet anders dan dat je soms je eigen territorium moet verdedigen, wil je niet ten onder gaan, verdwijnen en verzwakken.

De liefheid-zelve zijn komt dus voort uit het deel van het brein dat alleen bij mensen is ontwikkeld. Daarom kunnen we ook de liefheid- zelve zien in beesten, planten, bloemen. Maar zij kijken niet terug. Zij Zijn er alleen. En dat kán heel lief zijn.