Afgelopen zaterdag 22 april was het de verjaardag van Moeder. Ze was negentig jaar geworden. Wat doe je op zo'n dag? ... 's Avonds at ik asperges, en het gebeurde als vanzelf dat ik Moeders stem daarbij hoorde. Het was een van haar lievelingskostjes. Ze gingen hiervoor met de auto langs boeren in Duitsland. De dikste waren de lekkerste volgens haar. Ze vroor er ook altijd een hele hoop in, om in de herfst of de winter daar een keer mee uit te kunnen pakken.
Ook kocht ik een nieuw rieten mandje met tapé manis. Een Indonesische lekkernij: een soort van wortel, die in alcohol gefermenteerd is en zoet wordt. Het is de allerlaatste boodschap die ze gedaan heeft. In de oosterse winkel schoof ze met haar rollator door de smalle gangetjes, op zoek naar deze lekkernij. De winkel kende ze goed, zo ook degene met wie ze afrekende bij de kassa. Die kende haar ook, en heeft mijn Vader ook gekend. Het klonk naar oude bekenden. Tot ziens! zeiden ze en ik dacht: waarschijnlijk niet...
Er zijn meer smaken van Moeder die ik me nu regelmatig op de tong leg. Er is uduk: witte rijst met kruidig vlees, gewikkeld in palmblad. Dat stoom je dan en het palmblad geeft een heel eigen geur. Dat openmaken, het palmblad wordt het bordje en dat dan met de handen eten. Mmm, heerlijk, het lijkt alsof Moeder zich dan even incarneert in mij.
Pas zag ik durian, heel stevig verpakt liggen. Moeder en ik waren de enigen in de familie die hier echt dol op waren. Velen vinden het romige lichtgele vruchtvlees rondom een grote pit, naar het riool ruiken of naar uien. Het is zo'n moment waabij je denkt: als ze nog geleefd had, dan had ik het meteen gekocht en naar haar toe gebracht in de Sterrenschans. Het lukte me niet om dit alleen maar voor mezelf te kopen.
Ik vind het sowieso een aparte ervaring dat Moeder vaak als heel dichtbij aanvoelt. Ze had dit al zelf aangekondigd in afscheidsbrieven, ja er zijn er meerderen van door de jaren heen: dat ze hoopte om dan in de buurt te zijn 'maar niet dominant', had ze eraan toegevoegd. Ik moest daar wel om glimlachen.
Ook kocht ik een nieuw rieten mandje met tapé manis. Een Indonesische lekkernij: een soort van wortel, die in alcohol gefermenteerd is en zoet wordt. Het is de allerlaatste boodschap die ze gedaan heeft. In de oosterse winkel schoof ze met haar rollator door de smalle gangetjes, op zoek naar deze lekkernij. De winkel kende ze goed, zo ook degene met wie ze afrekende bij de kassa. Die kende haar ook, en heeft mijn Vader ook gekend. Het klonk naar oude bekenden. Tot ziens! zeiden ze en ik dacht: waarschijnlijk niet...
Er zijn meer smaken van Moeder die ik me nu regelmatig op de tong leg. Er is uduk: witte rijst met kruidig vlees, gewikkeld in palmblad. Dat stoom je dan en het palmblad geeft een heel eigen geur. Dat openmaken, het palmblad wordt het bordje en dat dan met de handen eten. Mmm, heerlijk, het lijkt alsof Moeder zich dan even incarneert in mij.
Pas zag ik durian, heel stevig verpakt liggen. Moeder en ik waren de enigen in de familie die hier echt dol op waren. Velen vinden het romige lichtgele vruchtvlees rondom een grote pit, naar het riool ruiken of naar uien. Het is zo'n moment waabij je denkt: als ze nog geleefd had, dan had ik het meteen gekocht en naar haar toe gebracht in de Sterrenschans. Het lukte me niet om dit alleen maar voor mezelf te kopen.
Ik vind het sowieso een aparte ervaring dat Moeder vaak als heel dichtbij aanvoelt. Ze had dit al zelf aangekondigd in afscheidsbrieven, ja er zijn er meerderen van door de jaren heen: dat ze hoopte om dan in de buurt te zijn 'maar niet dominant', had ze eraan toegevoegd. Ik moest daar wel om glimlachen.
Het is dus wel uitgekomen: ze voelt vaak dichterbij, dan dat ik haar tijdens haar leven ervaren kon. En ook op een prettige wijze. En dan zeg ik tegen haar: 'En we weten allebei dat dit tijdens je leven niet goed mogelijk was.' Het is een soort van beleving, die zich natuurlijk niet met het verstand laat verklaren. En dat is maar goed ook: helemaal oké.