Ik betrapte me er wéér op : dat ik wat weemoedig word als ik aan het ontbijten ben in het wijkatelier. Waarom toch? Misschien omdat dit de échte vrucht van mijn arbeid is: verhalen horen van mensen die wellicht dit nu aan mij vertellen omdat ze me waarderen voor de beheerder die ik was. Terwijl de werkgever mij nu wegens plichtsverzuim probeert te ontslaan... Zoals het gaat in dit wijkatelier, zó is het de bedoeling...
Vrijwilliger M. die al naar me begint te zwaaien als ik langs het gebouw naar de ingang loopt. Die erover denkt of ze G. het ontbijtje in een trommeltje zal gaan brengen omdat die niet komt wegens gladheid. Die een fotootje laat zien van de sneeuwpop die ze dit weekeinde met haar kinderen gemaakt heeft. B. die zich uit zijn stoel hijst en voor doet hoe vroeger de visvrouw met haar handkar vol vis door de straten liep. Hoe warm een kachel met steenkool is. Dat er vroeger in een kastje bij de tv geld gedaan kon worden en de hele buurt kwam kijken voor een stuiver. En al dat geld ging weer in een ander kastje voor de verwarming, daar kon je dan een hele dag van stoken...
Na het ontbijtje ging ik bloembolletjes planten in mijn tuin. De sneeuwklokjes, die vorig jaar uitverkocht waren. En kleine irisjes en rode botanische tulpjes. De lucht had weer wat blauwe flarden en de zon scheen en ik MOEST nog door de sneeuw gaan banjeren, maar ik moest opschieten want de sneeuw zou gaan smelten in de loop van de middag. Ik wilde eerst naar Berg en Dal, maar dat zou dan een uur duren eer ik daar naartoe gereisd was. En eigenlijk is het ook het allerleukste om gewoon vanaf je eigen achterdeur te beginnen. Fietsen is werk om ergens te komen, wandelen is elke stap genieten omdat je al gearriveerd bent.
In plaats van over de paden waar gestrooid is, zoveel mogelijk over het gras, in het plantsoen, tussen de bomen. En ik liep en liep en liep, zonder pauze drie uur lang. Langs het spoor richting Wijchen, de Berendonck in, langs het strand en de waterplas onder een tunneltje van de snelweg, door Staddijk over besneeuwde voetbalvelden. Ik liep langs verzorgingstehuis de Doekenborgh, waar ik jarenlang mevrouw S. bezocht. Ik liep op de verhoogde weg met nog oude bomen waar ik zo vaak op gefietst heb of de rolstoel heb geduwd met mevrouw S, op weg naar het winkelcentrum. In haar toenmalige uitzicht op water en eendjes staan nu sjiekere woningen. Dat heeft ze niet meer meegemaakt, maar wel de allereerste zorg omtrent de bouwplannen aldaar. En uiteindelijk liep ik langs mijn oude wijkcentrum, waar niemand meer was, maar de kerstboom stond er al.
Een grote rondwandeling van, ik schat 14-17 kilometer, en op het einde ervan ging ik nog even de Action in. Of er nog goedkope bloembollen waren. Jawel hoor, en ik heb wel zes zakjes met tulpen meegenomen en gele crocussen, à 0,49 cent. Ik zal de zakjes bewaren, kijken of de beloofde kleuren, wit, donkerpaars, gemengd vlammend rood/geel en roze/wit ook gaan bloeien in de lente. En zo is de cirkel ook weer rond: morgen, na het ontbijt, begin ik de dag weer met het planten van bloembollen.