Vandaag bij schilderles was de docent verhindert en kwam er een vrouw die de les verving. Wat heel anders is zo'n les dan, het was het type dat voortdurend suggesties en commentaar geeft terwijl je bezig bent. Onrust makend voor mij, ik houd ervan om gewoon in stilte eigenlijk, door te werken. Dan merk ik hoe snel ik geneigd ben om een ander te volgen, ik laat me zomaar van mijn eigen spoor halen: leerzaam.
Wat ook leerzaam is was haar uitgebreide na bespreking van ieders werkje. Vooral die zin: 'Het is maar net wat je zelf tot uitdrukking wilt brengen want elke keer weer heb je wel 100.000 keuzes tot je beschikking.' Dat is toch ook een geweldig levensmotto: 'Wat jij ervan maakt, dat is helemaal van jezelf afhankelijk, jij bepaalt: er zijn wel 100.000 mogelijkheden.'
Zo denkt de abt van een klooster niet en al die anderen die menen dat het geloof of de religie waar ze zich toevalligerwijs in bevinden , de juiste of ware weg is: de koninklijke weg, noemde de abt dit. Hieronder ligt de veronderstelling, dat er één weg is, met één doel voor ogen die 'van tevoren en ergens' al klaarligt voor hen die zich daarvoor open stellen. Geef mij maar het beeld van een leeg wit tekenvel, waarop werkelijk alles mogelijk is en alles daarop een uitdrukking is van jezelf: zo schep je zelf de wereld van schoonheid en liefde, eventueel.
Die benadering vandaag, waar de nadruk lag dat wat je maakt een uitdrukking is van jezelf en wat je bezig houdt, die is wel aardig. Ze wees bij mij op het licht op de schildering en de tegelijk robuuste lijnen. 'Je had er op het eind genoeg van hé, maar als je nog een uur had, dan had ik je toch aangemoedigd om nog meer met die tinten groen op de achtergrond te spelen, je was er al mee begonnen, maar het kan nog meer.' Het stelde een waterachtige poel voor, met wat boomstammen die vooroverhingen, wat rotsblokken, schemerachtig licht van een kreek.
Maar ja, dáár had ik nu juist genoeg van: haar gedetailleerde commentaar zei wellicht vooral iets over haar eigen wensen. Beneden in het café hing werk van haar zelf en ja hoor: daar zag ik terug wat ze bij mij wilde stimuleren: felle en sterke kleuren. Van de andere kant gebruikte ze het woord 'levendig' bij mij, terwijl ik bij haar een abstracte brug met rechte lijnen en strepen waarnam, voor mij het omgekeerde van levendig. 'Mooi', was haar laatste woord van haar commentaar.
Mooi woord, mooi. Dat zou het overkoepelend woord ten alle tijde kunnen zijn: M O O I .