Nee, het is geen symphatiek of mooi boek. Al lezend dacht ik dat al: ik vind het allemaal niet sympathiek, maar ik lees het toch uit, want ik wil weten of het verhaal zich ontwikkeld, zoals ik denk, dat zal gebeuren. En ja hoor: wat je al vermoedt na een paar hoofdstukken: dit boek heeft een ijzeren mechaniek van oorzaak en gevolg alsof een noodlot zich voltrekt. Maar is het noodlot? Of zit het vast in die hoofden, in die familie?
Ik heb het over het boek De held van Jessica Durlacher. Op de rode kaft een kunstwerk van twee pistolen met haakwerk dooromheen. Zó dus: wie het verhaal van het pistool blijft doorvertellen, zal er door omvallen. Het gaat over een Joodse familie in deze tijd. Grootvader, die als kind een razzia bij hem thuis heeft meegemaakt, sterft, doordat hij struikelt in zijn tuin. Of is hij geschrokken van iets en is het niet helemaal een toeval?
Moeder wordt al joggend in het bos bijna verkracht. En alsof dat nog niet genoeg is, wordt de familie 's nachts overvallen in huis en er gebeurd wat met de dochter op zolder, wat houdt zij lang verborgen. Ze vertelt het pas aan haar broer die in die tijd op bootcamp is: een zeer zware training in Amerika, om daarmee als marinier naar Afghanistan te worden uitgezonden.
De welhaast hysterie van de moeder die niet wil dat haar zoon het leger in wil. De vader die ergens wel trots is. De zoon die zegt dat hij dit móet doen, ook voor zijn opa. Ondertussen leiden alle sporen van het geweld dat deze familie overkomt naar één man: de zoon van een NSB-er, die door opa juist was ingehuurd als een soort Wiedergutmachung, maar die de verbouwing van zijn serre volkomen verprutst heeft, waarna hij deze zes jaar gerechterlijk vervolgd heeft. Opa wint de rechtzaak, waardoor het bedrijf van deze man failliet is gegaan.
Enfin. Ik ga de plot verder niet verraden. Wat ik ook onsympathiek vond, was, dat bleek dat ook de zoon van een Ghanese hulp in de huishouding bij de overvallers hoort, hij had de huissleutel van zijn moeder. De mengeling van heroïek en bang-zijn van de moeder voor de keuze van haar zoon, wordt ook zó vertelt dat er toch iets dwingends in zit. Dat je als lezer mee moet gaan dat alleen Amerika en het leger voor de wereldvrede kan zorgen.
Een wereldbeeld en mensbeeld waar geen ruimte is voor spijt, zwakte, schaamte. Een wereld waar alleen maar daders en slachtoffers zijn. Het dwingende dat je, hoe goed je ook je best doet, uiteindelijk zelf degene moet zijn die de touwtjes in handen neemt omdat je anders ten onder gaat en dreiging en onheil blijft. Na lezing van het boek, heb ik het een paar dagen laten sudderen.
Gisteren beluisterde ik de cd The Crying Light van Anthony & The Johnsons. Languit op de bank dacht ik ineens: zó kan het ook: onmacht en onheil niet wegvechten, maar weg zingen. Meegaan met een stroom die niet zomaar helder, zwart-wit is, maar bestaat uit oneindig veel tinten grijs, die al stromend ook helend kunnen zijn: het ontwaken van zachtheid.
Ik heb het over het boek De held van Jessica Durlacher. Op de rode kaft een kunstwerk van twee pistolen met haakwerk dooromheen. Zó dus: wie het verhaal van het pistool blijft doorvertellen, zal er door omvallen. Het gaat over een Joodse familie in deze tijd. Grootvader, die als kind een razzia bij hem thuis heeft meegemaakt, sterft, doordat hij struikelt in zijn tuin. Of is hij geschrokken van iets en is het niet helemaal een toeval?
Moeder wordt al joggend in het bos bijna verkracht. En alsof dat nog niet genoeg is, wordt de familie 's nachts overvallen in huis en er gebeurd wat met de dochter op zolder, wat houdt zij lang verborgen. Ze vertelt het pas aan haar broer die in die tijd op bootcamp is: een zeer zware training in Amerika, om daarmee als marinier naar Afghanistan te worden uitgezonden.
De welhaast hysterie van de moeder die niet wil dat haar zoon het leger in wil. De vader die ergens wel trots is. De zoon die zegt dat hij dit móet doen, ook voor zijn opa. Ondertussen leiden alle sporen van het geweld dat deze familie overkomt naar één man: de zoon van een NSB-er, die door opa juist was ingehuurd als een soort Wiedergutmachung, maar die de verbouwing van zijn serre volkomen verprutst heeft, waarna hij deze zes jaar gerechterlijk vervolgd heeft. Opa wint de rechtzaak, waardoor het bedrijf van deze man failliet is gegaan.
Enfin. Ik ga de plot verder niet verraden. Wat ik ook onsympathiek vond, was, dat bleek dat ook de zoon van een Ghanese hulp in de huishouding bij de overvallers hoort, hij had de huissleutel van zijn moeder. De mengeling van heroïek en bang-zijn van de moeder voor de keuze van haar zoon, wordt ook zó vertelt dat er toch iets dwingends in zit. Dat je als lezer mee moet gaan dat alleen Amerika en het leger voor de wereldvrede kan zorgen.
Een wereldbeeld en mensbeeld waar geen ruimte is voor spijt, zwakte, schaamte. Een wereld waar alleen maar daders en slachtoffers zijn. Het dwingende dat je, hoe goed je ook je best doet, uiteindelijk zelf degene moet zijn die de touwtjes in handen neemt omdat je anders ten onder gaat en dreiging en onheil blijft. Na lezing van het boek, heb ik het een paar dagen laten sudderen.
Gisteren beluisterde ik de cd The Crying Light van Anthony & The Johnsons. Languit op de bank dacht ik ineens: zó kan het ook: onmacht en onheil niet wegvechten, maar weg zingen. Meegaan met een stroom die niet zomaar helder, zwart-wit is, maar bestaat uit oneindig veel tinten grijs, die al stromend ook helend kunnen zijn: het ontwaken van zachtheid.